Japanse oester- Crassostrea gigas
Algemeen
Algemene kenmerken |
|
---|---|
Naam soort(en)groep |
Japanse oester of Portugese oester - Crassostrea gigas |
Regio |
Nederland, Europa |
Watersysteem |
zee |
Natuurparameter |
weekdieren |
Factsheet opgemaakt door |
B.K. van Wesenbeeck |
|
Foto: GerardM Bron: wikipedia |
Habitat beschrijving
Algemeen voorkomen
De Japanse oester is een soort die niet inheems is voor de Nederlandse wateren, maar inmiddels in grote aantallen wordt gevonden in de Zeeuwse estuaria, in het Eems-Dollard estuarium en in de Waddenzee. De oester is in Nederland en Frankrijk geintroduceerd vanuit Portugal maar komt zeer waarschijnlijk origineel uit Japan. Dit verklaart dat de oester bekend staat als Portugese oester en als Japanse oester. Ook aan de westkust van de VS en Canada komt de soort als exoot voor.
Milieurandvoorwaarden
De oester wordt vooral subtidaal aangetroffen maar komt ook in het intergetijde gebied voor tot iets boven NAP. Subtidaal is de diepte van voorkomen over het algemeen beperkt tot een meter of 10, maar er zijn ook gevallen bekend van oesters die weten te overleven op 40 meter. Het wordt echter aangenomen dat op grotere diepte minder licht doordringt en licht is een vereiste voor de productie van phytoplankton (algen), het voedsel van de oester. Via het filtreren van het water nemen ze hun voedsel tot zich. Oesters hechten op harde ondergrond en zijn nadat ze zijn gehecht niet meer mobiel. Ze worden meestal aangetroffen met meerdere oesters samen in een bed of bank.
Beheer en ontwikkelingskansen
De Japanse oester werd in 1963 geintroduceerd voor consumptie als alternatief voor de Zeeuwse oester (Ostrea edulis). Men dacht dat de Nederlandse wateren te koud waren voor voortplanting van de exotische oester. Na een paar jaar begon de oester zich echter toch voort te planten en is inmiddels zeer algemeen voorkomend in de Zeeuwse estuaria, in het Eems-Dollard estuarium en in de Waddenzee. Sommigen zien de oester als een plaag die de inheemse Zeeuwse oester verdringt. Anderen benadrukken het belang van de riffen die de oester vormt als leefplaats voor andere organismen.
Dosis-effect relaties
Deze dosis-effect relaties zijn deels gebaseerd op data uit de Oosterschelde en deels op onderstaande literatuur.
Stroomdiagram
Algemene dosis-effect relaties

diepte (m) |
HGI |
---|---|
0 - 2 |
0.8 |
2 - 5 |
1 |
5 - 10 |
0.6 |
10 - 25 |
0.3 |
25 - 50 |
0.1 |
> 50 |
0 |
Een relatie voor oesteroverleving en algenconcentraties (bijv. in de vorm van chlorophyl) is niet toegevoegd aangezien wordt aangenomen dat in eerste instantie hoeveelheden oesters af zullen nemen bij een lager voedselaanbod. Daarnaast zijn deze regels nog niet toegepast op een gebied waar voedselhoeveelheid als limiterende factor wordt beschouwd.
Indien meer informatie beschikbaar is dient deze aan de dosis-effect relaties te worden toegevoegd.
Onzekerheid en validatie
Deze dosis-effect relaties zijn verkregen op basis van data uit de Oosterschelde.
Toepasbaarheid
Deze dosis-effect relaties zijn toepasbaar op zoute wateren in Nederland.
Voorbeeld project
Deze relaties zijn gebruikt in het WINN-biobouwers project.
Referenties
1 http://nl.wikipedia.org/wiki/Japanse_oester
2 Dankers, N.M.J.A., Dijkman, E.M., de Jong, M.L., de Kort, G. & A. Meijboom. 2004. De verspreiding en uitbreiding van de Japanse Oester in de Nederlandse Waddenzee. Alterra-rapport 909.
3 Tydeman, P. & H. Kleef. 2003. Japanse oesters rukken op en binden in. Zoutkrant juli:5
4 Lengkeek, W., Bouma, S. & H.W. Waardenburg. 2007. Het effect van zuurstofdeficientie op het bodemleven in het Grevelingenmeer. Bureau Waardenburg bv. Rapport nr. 07-186