4.3.1.4. Alternatieven voor ontpoldering langs de Westerschelde

Afgraving van een deel van het Verdronken Land van Saeftinghe. Dit idee omvat het afplaggen van de hoog opgeslibde schorren van het Verdronken Land van Saeftinghe in combinatie met het uitdiepen van de sterk verzande hoofdgeulen. Zo ontstaat er nieuwe getijdennatuur. De Commissie Maljers heeft dit na uitvoerige studie afgewezen. Het omzetten van hooggelegen schor in laaggelegen schor levert geen bijdrage aan de beoogde instandhouding van de natuur van de Westerschelde. Daarnaast zijn de kosten waarschijnlijk hoog.
Eilanden in de Scheldemonding (Vlakte van de Raan) Het idee omvat het ontwikkelen van nieuwe getijdennatuur door de aanleg van één of meer eilanden en/of strandwallen. Een geschikte plek hiervoor is het mondingsgebied van de Westerschelde, bijvoorbeeld de Vlakte van de Raan. Het creëren van eilanden is mogelijk door aanleg van een harde kernconstructie, gevolgd door natuurlijke aanslibbing of aanzanding. Ook is het mogelijk om baggerspecie te storten. Ook hier concludeert de Commissie Maljers dat er geen nieuwe natuur ontstaat. Natuur met ondiep water en voedselzoekende vogels zou worden vervangen door natuur met strandwallen. De kosten van aanleg en onderhoud van een dergelijk eiland zullen hoog zijn. Bovendien zou een eiland de stroming en de sedimentbeweging in de Scheldemonding kunnen beïnvloeden met op basis van de huidige kennis niet te overziene gevolgen voor de veiligheid.
Herstel contact tussen de Braakman en de Westerschelde. Voorstel is om een verbinding aan te leggen tussen de Braakman en de Westerschelde. De Commissie is tot de conclusie gekomen dat het mogelijk is om in de de zuidelijk helft van de Braakman een getijdengebied te creëren. De rol van het getij kan hier groot genoeg zijn, om een positieve bijdrage te leveren aan de instandhoudingsdoelstellingen van de Westerschelde.