Page History

Deze test gaat er van uit dat de Model workflow succesvol is uitgevoerd, dus voor
de volledige periode.

 Check dat de Model workflow succesvol is uitgevoerd.

Open de "Database Viewer" (toetscombinatie: F12 J vanuit het "Kaart" window) en
selecteer de zojuist gedraaide workflow. Indien de workflow niet is verschenen in de
database viewer, selecteer dan de meeste recente workflow met dezelfde naam. Klik
vervolgens op "Filter met selectie". Selecteer tenslotte met "CTRL-klik" alle workflows.
Dubbelklik op de locaties die genoemd
staan in de tabel met Testwaarden.

 Check dat het aantal afvoerniveaus (ensemble-lid-id's) en de tijdspanne overeenkomen met de
waarden in de tabel Testwaarden en dat de maximale afvoeren oplopen voor de opeenvolgende
ensemble leden. Zie ook onderstaande screenshots van de afvoeren.

Open de "Database Viewer" (toetscombinatie: F12 J vanuit het "Kaart" window) en
selecteer de zojuist gedraaide workflow. Indien de workflow niet is verschenen in de
database viewer, selecteer dan de meeste recente workflow met dezelfde naam. Klik
vervolgens op "Filter met selectie". Selecteer tenslotte met "CTRL-klik" alle workflows.
Dubbelklik op een willekeurige hydra_as locatie.

 Check dat de maximale waterstanden oplopen voor de opeenvolgende ensemble leden.
Zie ook onderstaande screenshots van de waterstanden.

Selecteer in de Data Viewer bij Databronnen de Waqua resultaten voor zowel de referentie run
als een scenario run. Kies de locatie die genoemd staat in de tabel met Testwaarden. Kies als
parameter de Lopend gemiddelde waterstand. Maak voor deze combinatie een tijdreeks.

 Check dat waterstanden voor de referentie run lager zijn dan voor het scenario en dat de
verschillen kleiner worden voor grotere afvoeren. Zie ook onderstaande screenshot van de
waterstanden.