Door geluidsoverlast en andere milieubeperkingen kent de uitbreiding van de luchthaven van Schiphol z'n beperkingen. Het Kabinet heeft in 1999 gevraagd om een haalbaarheidstudie naar een vliegveld in zee als lange termijn alternatief.
De studie stelt een eiland voor van 6 bij 10 kilometer (4.000-8.000 hectare). Het eiland, op zo'n 70 kilometer van Schiphol, zou met het vasteland kunnen worden verbonden met behulp van een brug of met tunnels.
Eind 2002 bleek dat als gevolg van diverse mondiale ontwikkelingen in de luchtvaart een mogelijk alternatief voor Schiphol pas veel later aan de orde zou zijn dan voorzien (na 2040) en omdat vanuit de maatschappij meer bezwaar dan steun voor het idee bestond. Dit inzicht leidde tot stopzetting van Flyland. Een conclusie uit de eindrapportage is dat er geen absolute onmogelijkheden zijn om een eiland in de Noordzee te realiseren. De mogelijke risico's die het met zich meebrengt zijn met maatregelen beheersbaar te maken. Berekend werd dat de baten van het vliegveld in zee pas 10-12 jaar na de aanleg zichtbaar werden, terwijl bij Schiphol ondertussen uitgebreid en gemoderniseerd moest worden.
|