You are viewing an old version of this page. View the current version.

Compare with Current View Page History

« Previous Version 8 Next »

Deltares (voorheen afdeling TNO Bouw en Ondergrond) heeft geohydrologisch onderzoek gedaan naar de effecten van verschillende tunnelvarianten voor de hoofdwegverbinding A6-A9 (Schiphol-Amsterdam-Almere) op de zoet-zout verdeling in de ondergrond.

De aandacht gaat vooral uit naar het Naardermeer. In dit natuurgebied van Natuurmonumenten kwelt in het oostelijke deel grondwater op, afkomstig van de stuwwallen van Het Gooi, terwijl in het westelijke deel infiltratie van oppervlaktewater plaatsvindt. Mogelijke veranderingen in de waterhuishouding kunnen de natuurwaarden onder druk zetten.

Met numerieke modellen van dichtheidsafhankelijke grondwaterstroming en zoet-zout transport is een aantal scenario's doorgerekend om de mogelijke langetermijneffecten te kwantificeren. Door de aanleg van een tunnel in de diepe Nieuwe Keverdijksche Polder verandert weliswaar de waterhuishouding in de directe omgeving (max. 50 meter aan weerzijden) van de tunnel, maar deze verandering is slechts marginaal. De veranderingen in zoet-zout verdeling, kwelintensiteit en zoutbelasting op het oppervlaktewater vallen ruimschoots binnen de natuurlijke variatie in een grondwatersysteem, bijvoorbeeld onder invloed van de seizoenen. De aanwezigheid van zandbanen in het gebied heeft een te verwaarlozen invloed op de kwelintensiteit en zoutbelasting. Onder de tunnel zelf zal een lichte verzoeting optreden doordat infiltrerend zoet grondwater vanuit het Naardermeer onder de tunnel door naar grotere diepten stroomt. Nabij het Naardermeer zijn de effecten in het grondwater hoe dan ook te verwaarlozen.

Rapport: Oude Essink, G.H.P. en Stuurman, R.J.. 2006. Onderzoek naar de effecten van de Hoofdwegverbinding A6-A9 op zoet-zout grondwater nabij het Naardermeer, TNO rapport 2006-U-R0072/A, 37 p.

  • No labels