|
Deze groep omvat vogels die boven en rond de waterlijn op vegetatie foerageren, dit zijn met name eenden en ganzen. Ganzen foerageren voornamelijk op graslanden en kwelders (Brandgans, Rotgans, Kolgans, Grauwe gans). Daarnaast wordt ook wel gefoerageerd op akkers (Kolgans) en slikken (Rotgans, Brandgans). De Grauwe gans is ook een liefhebber van rietwortels. Van sommige ganzen is bekend dat ze ook foerageren op waterplanten, voornamelijk in zoete gebieden maar ook in zoute gebieden (Brandgans). Diverse eenden foerageren rondom de waterlijn op vegetatie (Smient, Krakeend, Wintertaling en Slobeend). Van de meeste eenden wordt gezegd dat ze in zoute en zoete wateren voorkomen (en ook foerageren). Ook zwanen zijn waterplant-eters. Zij kunnen een grotere diepte bereiken dan andere vogels. De Kleine zwaan foerageert vooral op fonteinkruid, maar eet ook van akkers en graslanden. Waterplant-etende duikeenden, zoals de meerkoet, kunnen waterplanten op een grotere diepte bereiken #1.
Deze groep omvat vogels die foerageren op waterplanten en vegetatie rond de waterlijn, zoals kwelder en graslanden.
Onder deze vogels bevinden zich zowel stand en trekvogels.
|
|
De dosis-effect relaties zijn gebaseerd op expert judgement van RIZA (Haasnoot et. al 2005). De relaties zijn alleen kwalitatief vergeleken met meetgegevens.
Deze dosis-effect relaties zijn van toepassing in Nederland. Deze relaties geven een geschiktheid in het algemeen voor plant-etende vogels en niet voor specifieke soorten per se. Voor specifieke soorten zijn eventueel additionele dosis-effect relaties nodig.
Haasnoot, M. en K. van de Wolfshaar (ed), 2006. Habitat analyse in het kader van de Planstudie/MER voor Krammer, Volkerak en Zoommeer. WL report Q4015. 2006
1 Haasnoot, M. en K.E. van de Wolfshaar (ed). Habitat analyse in het kader van de Planstudie/MER voor Krammer, Volkerak en Zoommeer. WL report Q4015. 2006