Het deelproject ‘uitwisseling getijbekkens en morfodynamiek eilandkoppen’ (of in het kort "Zeegaten") van het project B&O Kust bestudeert de sedimentuitwisseling tussen het kustfundament en de getijdebekkens, zeegaten en estuaria van zowel de Wadden en Zeeuwse delta. Daarnaast wordt de morfologische ontwikkeling van eilandkoppen bestudeerd. Met de verworven kennis kunnen de effecten van ingrepen in de kustzone op de Wadden en de Zeeuwse delta (en andersom) beter geëvalueerd worden en kunnen eilandkoppen en eilandkusten efficiënter beheerd worden.

Bij de onderverdeling naar activiteiten wordt expliciet onderscheid gemaakt tussen activiteiten met betrekking tot de Waddenzee en met betrekking tot de Zeeuwse Delta zodat beide systemen voldoende aandacht krijgen binnen het deelproject. Verder worden resultaten en inzichten niet alleen gerapporteerd in memo’s of rapportages, maar streven we ook naar het uitdragen van kennis door publicaties. Hiermee zorgen we voor internationale kwaliteitsborging en dragen we kennis en resultaten breed uit. Dit ondersteunt de internationale exploitatie van het Nederlands kustbeheer en kennis van het kustsysteem.

Om iets te kunnen zeggen over de langere tijdschalen wordt gebruik gemaakt van aggregatie. Door kennis te gebruiken van het systeem op andere tijdschalen kan het grotere – of kleinere schaal gedrag misschien worden opgelegd zonder ieder detail van de processen te beschrijven. Dit principe vormt de basis van het onderzoek binnen dit deelproject. Door data (her)analyse proberen we eerst het grootschalige gedrag beter begrijpen. Hierdoor krijgen we ook een meer begrip van de midden tijdschaal (de Meso- en Macro-tijdschaal), de tijdschaal waarop ons kustbeheer door suppleties direct invloed heeft.  

De basis van het deelproject, het fundament, wordt gevormd door de hypothesen zoals weergegeven in Bruens (2014) en de beschikbaarheid van bodemdata. De toetsing van deze hypothesen vind plaats door analyses van de beschikbare meetdata op grote schaal (niveau 1) en kleine schaal (niveau 2). De beschikbaarheid van coherente meetdata is essentieel voor het deelproject en word daarom ook als fundament van het onderzoek gezien. Deze data is de afgelopen jaren op orde gebracht en wordt jaarlijks geactualiseerd. Dit jaar is ook gestart met het op orde brengen van GIS-data van harde constructies langs de kust. In het bijzonder voor detailanalyses en het toetsen van modellen en concepten is de beschikbaarheid modellen en van golf- en stromingsdata essentieel, vanuit het project Kustgenese 2.0 is gestart met een overzicht van de beschikbaarheid van deze data voor Ameland.

Op basis van dit fundament worden verschillende analyses uitgevoerd. Analyses van de grootschalige morfologie (niveau 1) zijn essentieel om het morfologische systeem te begrijpen. In voorgaande jaren zijn hiervoor de grootschalige sedimentbalans en morfologische veranderingen beschouwd van zowel de Waddenzee (gerapporteerd in Elias et al. 2012) en de Voordelta (Elias en van der Spek, 2016). Op basis van deze analyses is veel inzicht verkregen in de werking van de individuele zeegaten. Deze kennis en inzichten vormen de basis van de detailanalyses morfologie (niveau 2). Deze detailanalyses dragen rechtstreeks bij tot de Beheerbibliotheken en de beantwoording van vragen door Rijkswaterstaat. De keuze voor het betreffende gebied van detailanalyse wordt mede gestuurd door de verwachte vragen en de op te stellen Beheerbibliotheek.

Een apart blok wordt gevormd door Toetsen van bestaande modellen en concepten. Op basis van de Grootschalige (niveau 1) analyses worden ook hiaten in de huidige kennis of algemene onderwerpen geïdentificeerd (niet gebiedsafhankelijk). 

  • No labels