Terug naar hoofdpagina Dijkerosie



Gebruik de zoekfunctie in je browser om specifieke termen op deze pagina te vinden.



Lopende kennis- en innovatieprojecten

Disclaimer: De Innovatieversneller wiki is in ontwikkeling. De onderstaande tekst geeft een beschrijving en eerste beeld van de bruikbaarheid van de kennisontwikkeling/innovatie. De komende periode zal gericht zijn op het uitbreiden en aanvullen van de tekst, status, planning en het opnemen van de tools, rapportages en handreikingen indien beschikbaar.

Grondgestuurd Ontwerpen

Beschrijving: De Projectoverstijgende Verkenning Dijkversterking met Gebiedseigen Grond (POV-DGG) stimuleert en faciliteert het gebruikt van gebiedseigen grond bij dijkversterkingsprojecten. Het toepassen van lokaal beschikbare grond is duurzaam, omdat deze wordt hergebruikt en de transportafstanden worden beperkt. Voor toepassing van lokale grond heeft de POV-DGG een Kansenscan en Technisch Kader ontwikkeld.

De Kansenscan is een handig instrument om vroegtijdig mogelijkheden in beeld te brengen om de grondbalans lokaal te sluiten, door het doorgaans grondvragende dijkversterkingsproject te combineren met een grondleverend project in de omgeving. De kansenscan werkt als een drietrapsraket en bestaat uit de volgende drie onderdelen:

  1. Kansenscan op riviertakniveau, op basis van open source data
  2. Kansenscan op projectniveau, waarbij vooral gekeken wordt naar de verschillende opgaven in het gebied
  3. Kansenscan op projectniveau waarbij de relevante parameters van de gebiedseigen grond scherper in beeld worden gebracht en de onzekerheden worden verkleind.

In het Technisch Kader Grondgestuurd Ontwerpen is toegelicht wat de technische kansen en mogelijkheden zijn voor het toepassen van gebiedseigen grond in dijkversterkingen. In dit Technisch Kader wordt met name gekeken naar de technische eigenschappen van klei en hoe deze functioneel ingezet kunnen worden in het ontwerp. Gebiedseigen klei voldoet namelijk veelal niet aan alle eisen die stan­daard worden gesteld aan dijkenklei vanuit een richtlijn-gestuurd ontwerp. Toegelicht wordt hoe onderbouwd van deze eisen kan worden afgeweken. Extra aandacht is besteed aan het onderbouwd afwijken van de erosiebestendigheidseisen voor een kleibekleding bij het gebruik van gebiedseigen klei in de deklaag en/of de dijkkern.

Begin met een kansenscan: Voor de Kansenscan geldt dat de eerste twee niveaus het meest efficiënt zijn als ze al voor de verkenningsfase worden toegepast. Het derde niveau kan worden ingezet zodra de projectscope is vastgesteld. Nadat de projectscope, met daarin de opgaven waarmee de dijkversterking mogelijk gecombineerd kan worden gereed is, kan met behulp van het Technisch Kader de scan op het derde niveau worden ingezet om op het benodigde detailniveau de grondparameters en risico’s verder in beeld te brengen.

Voor het verant­woord kunnen toepas­sen van grond die niet aan de strikte standaardeisen voldoet kan worden onderzocht of:

  1. Onderbouwd van de standaardeisen kan worden afgeweken.
  2. Het ontwerp aan de beschikbare partij grond kan worden aangepast.
  3. De grond kan worden opgewaardeerd.
  4. Het beheer en onderhoud anders kan worden aangepakt.

Van deze mogelijkheden zijn voorbeelden beschikbaar hoe dit in dijkversterkingsprojecten is toegepast en geverifieerd. Het is uiteraard ook mogelijk dat na het doorlopen van deze stappen de partij grond toch niet kan worden toegepast in de dijkversterking. In dergelijke gevallen kan worden nagegaan of de grond elders kan worden toegepast.

Toepassingsgebied innovatie/kennisontwikkeling: Bovengenoemde aanpak geldt in beginsel voor alle grondsoorten, faalmechanismen en dijk­typen. Speciale aandacht is besteed aan dijkerosie van gebiedseigen klei in zowel de deklaag als in de kleikern, en zowel voor laagbe­las­te rivier­dijken als voor hoogbelaste zeedijken. In Storylines is beschreven hoe deze kennis in dijkversterkingsprojec­ten in de achtereenvolgende projectfasen is ontwikkeld, toegepast en geverifieerd.

Contactpersonen: Martin van der Meer (POV DGG), Arjan Kooij (POV DGG)

Nadere informatie: Link naar de Kansenscan, het Technisch Kader en de Storylines.



Onderzoek Erodeerbaarheid Klei

Beschrijving: De afgelopen jaren bleek uit verschillende onderzoeken naar de erodeerbaarheid van klei op het buitentalud dat de huidige klei-categorieën geen goede maat zijn voor de erodeerbaarheid in de golfklap- en golfoploopzone. Hieruit is de wens ontstaan voor de ontwikkeling van een nieuwe classificatie van klei waarmee de erosiesnelheid van een kleisoort geschat kan worden.

In het Onderzoeksproject Erodeerbaarheid Klei onderzoekt Waterschap Noorderzijlvest in samenwerking met Fugro en Deltares het volgende:

  • Welke eenvoudige proeven zijn geschikt om klei in de golfklap- en golfoploopzone te classificeren en hoe kan op basis van deze proeven de erodeerbaarheid geschat worden?
  • Wat is de erodeerbaarheid van klei uit de kern van een dijk en hoe verhoudt deze klei zich tot de gestructureerde klei uit de deklaag?

De erodeerbaarheid van de klei uit de kern en deklaag van een dijk is onderzocht met Deltagootproeven op klei van de Dubbele Dijk. Daarnaast zijn er een aantal eenvoudige proeven uitgevoerd op de klei van de Dubbele Dijk en de klei van eerder in de Deltagoot beproefde dijken. Voor de classificatie van klei wordt een correlatie gezocht tussen een selectie van de eenvoudige proeven en de erosiesnelheid zoals gemeten in de Deltagoot. De resultaten worden in de loop van 2024 verwacht.

Andere waterschappen kunnen met deze inzichten bepalen hoeveel van een bepaalde soort klei gebruikt moet worden voor een dijkversterking en welke bijdrage een oude kleikern toevoegt aan de sterkte van de kering.

Kansen of belangrijkste conclusies: Een dergelijke classificatie draagt o.a. bij aan de mogelijkheden om gebiedseigen grond te kunnen gebruiken. Doordat de erosiesnelheid van klei geschat kan worden hoeft een slechtere (sneller eroderende) klei uit de buurt niet afgekeurd te worden, maar kan deze klei in een dikkere laag worden toegepast. Verder is het ook de verwachting dat klei uit de kern van de dijk minder snel erodeert dan klei uit de deklaag, omdat de kern van een dijk meer gecompacteerd en minder gestructureerd is.

Toepassingsgebied innovatie/kennisontwikkeling: De classificatie zal in eerste instantie alleen geschikt zijn voor klei uit het Waddenzeegebied, omdat alle gebruikte kleisoorten in het onderzoek hier vandaan komen. Het voornemen is om een verificatie uit te voeren met klei van een dijk elders in Nederland om de geschiktheid van de classificatie voor klei buiten het Waddenzeegebied te testen en indien nodig de classificatie aan te passen.

Contactpersoon: Suzanna Zwanenburg (Deltares)

Nader informatie: 


  • No labels