Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

...

Macrofytengroei wordt in zoete Nederlandse meersystemen voornamelijk bepaald door het lichtklimaat. Graas door herbivore vogels vormt op ondiepe delen eventueel een belemmering. Het type sediment en zoutgehalte zijn voornamelijk van invloed op de soortssamenstelling, en niet zozeer op het totale areaal aan ondergedoken waterplanten. Strijklengte wordt niet als een belemmerende factor gezien voor ondergedoken waterplanten. Peilfluctuatie is van belang in niet permanent geïnundeerde gebieden.

Beheer en ontwikkelingskansen

De ondergedoken waterplanten zijn zeer gevoelig voor het zoutgehalte. Vanaf een
zoutgehalte van 0.6 gCl/L neemt de geschiktheid af, en bij 1 gCl/L is de geschiktheid nul
(figuur 4.2.1, linker paneel). Waterplanten hebben een minimum percentage licht nodig dat
de bodem bereikt. Beheer zou hier rekening mee kunnen houden door bijvoorbeeld buiten het groei seizoen te baggeren.

Dosis-effect relaties

graas , maar wordt hier verder buiten beschouwing gelaten.
Peilfluctuatie wordt in deze rekenregel buiten beschouwing gelaten, omdat alleen naar het permanent geïnundeerde gebied wordt gekeken.
Als door getij het lichtklimaat aan schommelingen onderhevig blijkt te zijn, dan wordt voorgesteld een gemiddelde extinctie per dag te berekenen #3.

Deze dosis-effect relaties zijn gebaseerd op een uitgebreide studie in opdracht van RIZA. De lijst met literatuur die hiervoor gebruikt is is te vinden in rapport #2.

Section

Column
width50%
Chart
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabel%SI
typexyline
titlePercentage licht dat de bodem bereikt
dataOrientationvertical
yLabelHGI

%SI

HGI

0

0

1

0.4

4

0.8

7

1

100

1

Referentie: #1, #2

Column
width50%
Chart
xlabelOrientationvertical
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabelzoutgehalte (g Cl/L)
typexyline
titleZoutgehalte
dataOrientationvertical
yLabelHGI

zoutgehalte (g Cl/L)

HGI

0

1

0.6

1

1

0

1000

10

0

Referentie: #2

Section
Column
width50%
Chart
xlabelOrientationvertical
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabelstroomsneldheid (m/s)
typexyline
titleStroomsnelheid
dataOrientationvertical
yLabelHGI

stroomsnelheid (m/s)

HGI

0

0

0.05

0

0.2

1

0.9

1

1

0

2

0

Referentie: #3

Column
width50%
Chart
xlabelOrientationvertical
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabellutumgehalte
typexyline
titleSediment samenstelling
dataOrientationvertical
yLabelHGI

lutumgehalte

HGI

0

0

2

1

6.5

1

20

1

35

1

56.3

0

100

0

Referentie: #3

Section Column
width50%
Chart
xlabelOrientationvertical
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabeldroogvalduur (%)
typeXYline
titleDroogvalduur
dataOrientationvertical
yLabelHGI

droogvalduur (%)

HGI

0

1

5

1

18

0

100

0

Referentie: #3
Voor deze relatie is in de studie #3 de het percentage van de tijd dat het gebied droog ligt gedurende 14 dagen gebruikt.

{section

Onzekerheid en validatie

Deze dosis-effect relaties zijn gevalideerd voor het IJsselmeergebied en het Friese boezemmeer De Leijen, zie referentie #2.

...

Deze dosis-effect relaties zijn toepasbaar op zout en brak water zoete wateren in Nederland.

Voorbeeld project

Volkerak-Zoommeer Habitat analyse (#1) en referentie #2en het IJsselmeergebied en het Friese boezemmeer De Leijenreferentie (#2).

Referenties

1

Anchor
1
1
Haasnoot, M. en Van de Wolfshaar, K.E.. Habitat analyse in het kader van de Planstudie/MER voor Krammer, Volkerak en Zoommeer. WL report Q4015. 2006
2
Anchor
2
2
Penning, W.E., Haasnoot, M., Kuijper, M. en Van Buren, R. Rekenregels voor macrofyten in meren ten
behoeve van de KRW. WL | Delft Hydraulics rapport Q4058, Delft. 2006