Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

...

De kennisregels hebben betrekking op de volgende watertypen:
* M11 kleine (<0.5 km2), ondiepe (<3 m), gebufferde (1-4 meq/l) plassen;
* M14 matig grote (0,5-100 km2), ondiepe (<3 m), gebufferde (1-4 meq/l) meren;
* M16 kleine (<0.5 km2), diepe (>3 m), gebufferde (1-4 meq/l) plassen;
* M20 matig grote (0,5-100 km2), diepe (> 3 m), gebufferde (1-4 meq/l) meren;
* M21 grote (>100 km2), diepe (> 3 m), gebufferde (1-4 meq/l) meren;
* M25 kleine (<0.5 km2), ondiepe (<3 m), gebufferde (1-4 meq/l) laagveenplassen;
* M27 matig grote (0,5 - 100 km2), ondiepe (<3 m), gebufferde (1-4 meq/l) laagveenmeren;
* M30 zwak brakke (0,3 - 3,0 g Cl-/l) wateren;
* M31 kleine (<5 km2) brakke tot zoute (> 3 g Cl-/l) wateren.

2. Sturende variabelen

Binnen de KRW-Verkenner wordt de EKR voor fytoplankton in meren berekend aan de hand van twee deelmaatlatten, te weten voor: (1) abundantie van fytoplankton (uitgedrukt in chlorofyl-concentratie) en (2) soortensamenstelling van fytoplankton. Onderstaand volgt eerst een nadere uitleg over de sturende variabelen voor deze twee deelmaatlatten. Vervolgens worden de rekenregels tussen abiotiek en EKR fytoplankton nader toegelicht.

...