Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

...

Dit habitattype betreft slikwadden en zandplaten in de kustzone die tijdens laagwater niet onder water staan, zogenaamde intergetijdenplaten. Op de meeste plaatsen zijn de intergetijdenplaten niet begroeid door vaatplanten en hooguit bedekt met een laag algen of cyanobacteriën. Op sommige plekken is een vegetatie met zeegras aanwezig; beide in ons land inheemse soorten (Zostera marina en Zostera noltii) komen voor #1. In het habitattype leven hoge dichtheden ongewervelde dieren, waaronder kenmerkende soorten als Kokkel (Cerastoderma edule), Nonnetje (Macoma balthica), Strandgaper (Mya arenaria), Wadpier (Arenicola marina), Zeeduizendpoot (Nereis diversicolor), Schelpkokerworm (Lanice conchilega) en Wapenworm (Scoloplos armiger). Plaatselijk zijn hoge concentraties mosselen aanwezig, verenigd in een specifiek habitat dat mosselbank wordt genoemd. In feite zijn dit complexe levensgemeenschappen waarin naast mosselen (Mytilus edulis) ook grote aantallen wormen, kreeftachtigen en kleine vissen leven. Het habitattype is van cruciaal belang voor fouragerende wadvogels, waaronder Lepelaar (Platalea leucorhodia), Bergeend (Tadorna tadorna), Scholekster (Haematopus ostralegus), Kluut (Recurvirostra avosetta), Zilverplevier (Pluvialis squatarola), Kanoet (Calidris canutus), Bonte strandloper (Calidris alpina), Rosse grutto (Limosa lapponica), Wulp (Numenius arquata), Tureluur (Tringa totanus) en verschillende soorten meeuwen. Tijdens hoog water zijn de intergetijdenplaten voedselgebied voor vissen als Puitaal (Zoarces viviparus), Zeedonderpad (Myoxocephalus scorpius), Slakdolf (Liparis liparis), Botervis (Pholis gunellus), Bot (Pleuronectus flesus), Vijfdradige meun (Ciliata mustela) en diverse grondels (Pomatoschistus). Getijdenwateren zijn bovendien belangrijk als paaigebied voor vissen als Schol (Pleuronectus platessa), Tong (Solea solea), Haring (Clupea harengus) en Sprot (Sprattus sprattus). Tenslotte worden de zandplaten gebruikt door zeehonden om te rusten.
Tijdens laagwater droogvallende intergetijdenplaten worden in ons land aangetroffen in het Waddenzeegebied en in de Voordelta bij de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden. In de Westerschelde en Oosterschelde maken deze zandplaten onderdeel uit van respectievelijk habitattype 1130 (- Estuaria) en 1160 (- Grote , ondiepe kreken en baaien) #1.

Beheer en ontwikkelingskansen

...

Section
Column
width50%
Chart
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabelgetijdeinvloed
typebar
titleGetijdeinvloed
dataOrientationvertical
yLabelHGI

getijdeinvloed

HGI

altijd droog

0

bij eb droog

1

altijd onder water

0

Referentie: #1

Column
width50%

Aanwezigheid kenmerkende soorten
Section

Het voorkomen van kenmerkende soorten vergroot de kwaliteit van een habittatype. Dit geldt voor de hierboven genoemde kenmerkende soorten voor bijvoorbeeld ongewervelde dieren en zeegrassoorten. De zandbanken zijn in ons land meestal onbegroeid, plaatselijk bevatten ze algengemeenschappen of begroeiingen met zeegrassen. Dit zal voornamelijk Klein zeegras zijn (Zostera noltii), omdat Groot zeegras niet goed tegen droogvallen kan. Dosis-effect relaties voor het voorkomen van zeegrassen zijn opgenomen bij de macrofyten: Klein zeegras - Zostera noltii en Groot zeegras - Zostera marina. Voor een aantal ongewervelde dieren bestaan reeds dosis-effect relaties. Deze zullen binnenkort worden opgenomen in de database.

Slikken en zandplaten vormen een belangrijk foerageergebied voor bodemfauna-etende vogels. Daarom is de habitatgeschiktheid van deze groep vogels hier als extra dosis-effect relatie opgenomen. De dosis-effect relaties voor bodemfauna-etende vogels zijn beschreven op pagina Algemeen - Bodemfauna-etende vogels.

Column
width50%
Chart
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabelBodemfauna-etende vogels (HGI)
typeXYline
titleVoorkomen Bodemfauna-etende vogels
dataOrientationvertical
yLabelHSIHGI

Bodemfauna-etende vogels (HGI)

HGI

0

0

1.0

1.0

Referentie: #2

Column
width50%

...