Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

Home

scrollbar

Bittervoorn - Rhodeus sericeus amarus

Algemeen

Section
Column
width80%

Algemene kenmerken

 

Naam

Wiki Markup
{Home|HBTDB:Ecologische Kennisdatabase - HABITAT} {scrollbar} h1. Bittervoorn - _Rhodeus sericeus amarus_ h1. Algemeen {section}{column:width=80%} || Algemene kenmerken || || | Naam

soort(en)groep

|

Bittervoorn

-

_

Rhodeus

sericeus

amarus_ | | Regio |

amarus

Regio

Nederland,

Europa

| | Watersysteem |

Watersysteem

meren,

rivieren

| | Natuurparameter | vissen | |HR nr| H1134| | Factsheet opgemaakt door |

Natuurparameter

vissen

HR nr

H1134

Factsheet opgemaakt door

K.E.

van

de

Wolfshaar

|{column}{column:width=20%} | !bittervoorn.jpg! | | Foto: F. Ottburg|{column}{section} h1. Habitat beschrijving h3. Algemeen voorkomen De bittervoorn komt in de zoete wateren van gematigde streken in Europa voor, van Frankrijk tot aan de Oeral. In Nederland komt ze met name in het westen voor, plaatselijk in hoge aantallen. Komt voor in stilstaand of langzaam stromend water (sloten, plassen, vijvers) met een goed ontwikkelde onderwatervegetatie en een niet te weke bodem. In stromend water kan de vis in de oeverzone worden aangetroffen [#2]. h3. Voedselhabitat en strategie De Bittervoorn eet met name plantaardig plankton [#2]. Daarnaast wordt spaarzaam dierlijk voedsel genuttigd, zoals vlokreeften, insectenlarven, slakjes en wormen [#1] h3. Reproductie en migratie De Bittervoorn legt zijn eieren, april-juni, in grote zoetwatermossels van de soorten _Anodonta_ en _Unio_. Het mannetje zoekt een gezonde mossel uit waar omheen hij een territorium vestigt. Wanneer er een geslachtsrijp vrouwtje voorbij zwemt, probeert hij haar te lokken. De geslachtsrijpe wijfjes zijn te herkennen aan een dunne, drie tot vier cm lange buis waarmee eitjes worden gelegd in de lichaamsholte van een mossel. De legbuis is een slap apparaat, maar door er onder druk van urine eitjes door te persen, wordt de buis in een fractie van een seconde hard, waarna het vrouwtje hem korte tijd in de instroomopening (sifo) van de mossel houdt en de eitjes afzet. Zodra de eieren zijn gedeponeerd en het wijfje is weggezwommen, stort het mannetje zijn hom over de mossel uit, dat via de instroomopening de eitjes bereikt en bevrucht. Dit gedrag wordt enige malen herhaald met verschillende vrouwtjes en bij verschillende mossels. De eitjes ontwikkelen zich tussen de kieuwen van de mossel. De larven blijven twee tot drie weken in de mossel. De mossel maakt op ook gebruik van de bittervoorn, deze laat larven los die zich op de vis hechten en zo verspreidt worden [#1], [#2]. h3. Leeftijd en mortaliteit h1. Dosis-effect relaties {section} {column:width=40%} {chart:type=bar|title=Bedekkingsgraad ondergedoken waterplanten |xlabel=klasse|yLabel=HSI |dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false} ||klasse || HSI || | 1 | 0 | | 2 | 0.075 | | 3| 0.15 | | 4 | 0.3 | | 5 | 0.45 | |6 | 0.6 | | 7| 0.675 | | 8 | 0.75 | {chart} Referentie: [#3] Voor deze rekenregel is in bij [#4] als maat van de bedekkingsgraad gebruik gemaakt van de HSI voor ondergedoken waterplanten. {column} {column:width=40%} {chart:type=bar|title=Bedekkingsgraad oevervegetatie|xlabel=klasse|yLabel=HSI |dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false|xlabelOrientation=vertical} ||klasse ||HSI || |1| 0| |2| 0.1| |3|0.2| |4|0.4| |5|0.6| |6|0.8| |7|0.9| |8|1| {chart} Referentie: [#3] Voor deze rekenregel is in bij [#4] als maat van de bedekkingsgraad gebruik gemaakt van de HSI voor oevervegetatie. {column} {column:width=20%} ||klasse || bedekkingsgraad || |1| 0 - 0.01 | |2| 0.01 - 0.05| |3| 0.05 - 0.1 | |4| 0.1 - 0.3 | |5| 0.3 - 0.5 | |6| 0.5 - 0.7 | |7| 0.7 - 0.9 | |8| 0.9 - 1 | {column} {section} {section}{column:width=50%} {chart:type=bar|title=Waterdiepte|xlabel=diepte (m)|yLabel=HSI |dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false} ||diepte (m) || HSI || | 0.25 | 0| |0.25 - 2| 1| |> 2| 0 | {chart} Referentie: [#3] {column} {column:width=50%} {chart:type=bar|title=Zoutgehalte|xlabel=zoutgehalte (gCl/L)|yLabel=HSI| dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false} ||zoutgehalte (gCl/L) || HSI || |< 1.6 | 1| |> 1.6 | 0| {chart} Referentie: [#3] {column} {column:width=50%} {column} {section} h1. Onzekerheid en validatie h1. Toepassingsgebied Volkerak, Zoommeer h1. Voorbeeld project Volkerak-Zoommeer Habitat analyse ([#4]) h1. Referenties 1 {anchor:1} [

Column
width20%

Image Added

Foto: F. Ottburg

Habitat beschrijving

Algemeen voorkomen

De bittervoorn komt in de zoete wateren van gematigde streken in Europa voor, van Frankrijk tot aan de Oeral. In Nederland komt ze met name in het westen voor, plaatselijk in hoge aantallen. Komt voor in stilstaand of langzaam stromend water (sloten, plassen, vijvers) met een goed ontwikkelde onderwatervegetatie en een niet te weke bodem. In stromend water kan de vis in de oeverzone worden aangetroffen #2.

Voedselhabitat en strategie

De Bittervoorn eet met name plantaardig plankton #2. Daarnaast wordt spaarzaam dierlijk voedsel genuttigd, zoals vlokreeften, insectenlarven, slakjes en wormen #1

Reproductie en migratie

De Bittervoorn legt zijn eieren, april-juni, in grote zoetwatermossels van de soorten Anodonta en Unio. Het mannetje zoekt een gezonde mossel uit waar omheen hij een territorium vestigt. Wanneer er een geslachtsrijp vrouwtje voorbij zwemt, probeert hij haar te lokken. De geslachtsrijpe wijfjes zijn te herkennen aan een dunne, drie tot vier cm lange buis waarmee eitjes worden gelegd in de lichaamsholte van een mossel. De legbuis is een slap apparaat, maar door er onder druk van urine eitjes door te persen, wordt de buis in een fractie van een seconde hard, waarna het vrouwtje hem korte tijd in de instroomopening (sifo) van de mossel houdt en de eitjes afzet. Zodra de eieren zijn gedeponeerd en het wijfje is weggezwommen, stort het mannetje zijn hom over de mossel uit, dat via de instroomopening de eitjes bereikt en bevrucht. Dit gedrag wordt enige malen herhaald met verschillende vrouwtjes en bij verschillende mossels. De eitjes ontwikkelen zich tussen de kieuwen van de mossel. De larven blijven twee tot drie weken in de mossel. De mossel maakt op ook gebruik van de bittervoorn, deze laat larven los die zich op de vis hechten en zo verspreidt worden #1, #2.

Leeftijd en mortaliteit

Dosis-effect relaties

Section
Column
width40%
Chart
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabelklasse
typebar
titleBedekkingsgraad ondergedoken waterplanten
dataOrientationvertical
yLabelHSI

klasse

HSI

1

0

2

0.075

3

0.15

4

0.3

5

0.45

6

0.6

7

0.675

8

0.75

Referentie: #3
Voor deze rekenregel is in bij #4 als maat van de bedekkingsgraad gebruik gemaakt van de HSI voor ondergedoken waterplanten.

Column
width40%
Chart
xlabelOrientationvertical
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabelklasse
typebar
titleBedekkingsgraad oevervegetatie
dataOrientationvertical
yLabelHSI

klasse

HSI

1

0

2

0.1

3

0.2

4

0.4

5

0.6

6

0.8

7

0.9

8

1

Referentie: #3
Voor deze rekenregel is in bij #4 als maat van de bedekkingsgraad gebruik gemaakt van de HSI voor oevervegetatie.

Column
width20%

klasse

bedekkingsgraad

1

0 - 0.01

2

0.01 - 0.05

3

0.05 - 0.1

4

0.1 - 0.3

5

0.3 - 0.5

6

0.5 - 0.7

7

0.7 - 0.9

8

0.9 - 1

Section
Column
width50%
Chart
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabeldiepte (m)
typebar
titleWaterdiepte
dataOrientationvertical
yLabelHSI

diepte (m)

HSI

0.25

0

0.25 - 2

1

> 2

0

Referentie: #3

Column
width50%
Chart
dataDisplaytrue
legendfalse
xlabelzoutgehalte (gCl/L)
typebar
titleZoutgehalte
dataOrientationvertical
yLabelHSI

zoutgehalte (gCl/L)

HSI

< 1.6

1

> 1.6

0

Referentie: #3

Column
width50%

Onzekerheid en validatie

Toepassingsgebied

Volkerak, Zoommeer

Voorbeeld project

Volkerak-Zoommeer Habitat analyse (#4)

Referenties

1

Anchor
1
1
http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000

...


2

...

Anchor
2
2
Janssen,

...

J.A.M.

...

en

...

Schaminee,

...

J.H.J.

...

Europese

...

natuur

...

in

...

Nederland;

...

soorten

...

van

...

de

...

Habitat

...

richtlijn.

...

2004

...


3

...

Anchor
3
3
Schouten,

...

W.J..

...

Habitatgeschiktheid

...

index

...

model

...

Bittervoorn

...

Rhodeus

...

sericeus

...

amarus

...

(Bloch,

...

1782).

...

OVB,

...

Nieuwegein.

...


4

...

Anchor
4
4
Haasnoot,

...

M.

...

en

...

Van

...

de

...

Wolfshaar,

...

K.E..

...

Habitat

...

analyse

...

in

...

het

...

kader

...

van

...

de

...

Planstudie/MER

...

voor

...

Krammer,

...

Volkerak

...

en

...

Zoommeer.

...

WL

...

report

...

Q4015.

...

2006

...