Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

...

De Meervleermuis heeft in ons land 's zomers een ruime verspreiding in het noorden en westen. De belangrijkste kraamkolonies en fourageergebieden liggen in het laagveen-, zeeklei- en IJsselmeergebied van Holland, Utrecht, Friesland, Groningen en de Kop van Overijssel. Na de kraamperiode vindt vanaf augustus de paring plaats in paargebieden die de mannetjes hebben ingenomen. Ook in wintergebieden wordt gepaard. Voor de trek naar overwinteringsgebieden legt de Meervleermuis soms lange afstanden af, tot meer dan 300 km. De belangrijkste overwinteringsplaatsen in ons land liggen in de mergelgroeves van Zuid-Limburg en in bunkers in het Hollandse duingebied en bij Arnhem; in het bijzonder in bunkers tussen Katwijk en Den Haag overwinteren grote aantallen dieren. Een deel van de Hollandse populatie overwintert in de Ardennen, de Eifel. De Friese populatie vliegt grotendeels naar Duitsland (o.a. Sauerland en Teutoburgerwald) #1 Meervleermuis - Myotis dasycneme

Voedselhabitat en strategie

De soort vliegt na zonsondergang uit, waarbij afstanden tot zo'n 10 km worden overbrugd. Tijdens de vlucht worden houtwallen, waterwegen en andere structuren in het landschap gevolgd. Het fourageren gebeurt boven open water, zoals kanalen, vaarten, plassen en meren. De soort vliegt met hoge snelheid laag over het water, waarbij insecten met de poten vanaf het water worden 'geschept'. De voornaamste prooien zijn muggen, vliegjes en motten #1 Meervleermuis - Myotis dasycneme.

Reproductie en migratie

De Meervleermuis krijgt zijn jongen in gebouwen zoals kerken, boerderijen en bunkers. Ze migreren jaarlijks naar overwinterings gebieden, die ook in Nederland liggen. Kraamkolonies van de soort bevinden zich in diverse typen gebouwen (kerken, boerderijen, woonhuizen), steevast in de nabijheid van waterrijke gebieden. De mannetjes leven in de kraamtijd solitair of in kleine groepjes #1 Meervleermuis - Myotis dasycneme.

Leeftijd en mortaliteit

Dosis-effect relaties

...