Page History

|| Algemene kenmerken || ||
| Naam soort(en)groep | Vegetatietypen Noordelijke Deltabekken|
| Watersysteem | Estuaria|
| Factsheet opgemaakt door | M. van Oorschot |



h1. Algemeen
De kennisregels voor het berekenen van vegetatiezones in estuaria zijn overgenomen uit het EMOE model (Ecohydrologisch Model voor de Oever vegetatie van Estuaria [#1].

h1. Habitatbeschrijving.
h2. Algemeen voorkomen
Er zijn verschillende rekenregels beschikbaar voor verschillende gebieden. Er zijn generieke rekenregels voor het Noordelijk Deltabekken [#1][#2]. Daarnaast zijn er rekenregels die specifiek gekalibreerd zijn voor toepassingen in de Biesbosch [#3] en Haringvliet [#4]. Naast de natuurlijke toestand van het systeem zijn ook rekenregels beschikbaar voor vegetatieontwikkeling bij verschillende beheersvormen.

h2. Milieurandvoorwaarden
De vegetatiezones worden berekend aan de hand van hoogteligging, waterniveau of getijdenamplitudo en zoutgehalte. Bodemtype kan in sommige gevallen ook bepalend zijn voor de vegetatieontwikkeling, maar is niet opgenomen in deze rekenregels. De vegetatietypen zijn tot stand gekomen door data analyse, maar berusten ook voor een deel op expertkennis van I.S. Zonneveld.

h2. Beheer en ontwikkelingskansen
Er zijn voor de verschillende gebieden een aantal beheersvormen gedefinieerd die andere vegetatieontwikkeling tot gevolg hebben. Voor de Noordelijke Deltabekken (generiek) en de Haringvliet zijn dit begrazing en voor de Biesbosch zijn dit riet en biezen snijden, hooiland beheer, extensieve begrazing, intensieve begrazing en griend- en bosbeheer.

h1. Dosis- effectrelaties
Voor de verschillende gebieden en beheersvormen zijn verschillende kennisregels opgesteld.

h2. 1. Oevervegetatieontwikkeling in het Noordelijk Deltabekken [#1] en [#2]
Als input van deze kennisregels zijn de volgende gegevens nodig:
* Digital Terrain Model (DTM) in cm + NAP 
* Waterniveau bij GHW (gemiddeld hoog water), GLW (gemiddeld laag water), GHWS (gemiddeld springtijhoogwater), EHW (extreem hoog water).
* Zoutgehalte (mg Cl-/L)

*Onbeheerde situatie*
In figuur 1 staat een schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in het Noordelijk Deltabekken bij een onbeheerde situatie. 

!Vegetatie Noordelijk Deltabekken onbeweid.jpg|border=1!

h5. Figuur 1. Schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in het Noordelijk Deltabekken bij een onbeheerde situatie.

Voor elke waterstand moet de hoogteligging van de oever berekend in combinatie met een hoogtekaart. De GLW oeverhoogte wordt gebruikt als nul-lijn, waarop de overige oeverhoogten gekalibreerd worden. De klassegrenzen van de vegetatiezones (zie bovenstaande figuur) aan de hand van de overstromingsklassen kunnen worden berekend met de formules in tabel 1.

h5. Tabel 1. Klassegrenzen van vegetatiezones Noordelijk Deltabekken in onbeheerde situatie
{csv}
Klassegrens,	Formule
Bound_A,Oeverhoogte GLW - (0.45*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHW))
Bound_B,Oeverhoogte GLW - (0.76*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHW))
Bound_C,Oeverhoogte GLW - (0.35*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHWS))
Bound_D,Oeverhoogte GLW - (0.71*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHWS))
{csv}


Om de klassegrenzen te gebruiken in een table reclassification worden ze omgezet in nominal kaarten waarbij de geschiktheid van de betreffende vegetatieklasse weergegeven wordt met een '1' en de ongeschiktheid met een '0'. Er worden meer vegetatieklassen dan vegetatiegrenzen onderscheiden omdat de oeverhoogten van naar aanleiding van de waterniveaus ook als klassegrens onderscheiden worden (zie ook figuur 1). De omzetting van de klassen in nominale kaarten staat weergegeven in tabel 2.

h5. Tabel 2. Omzetting klassen van de vegetatiezones in nominale kaarten voor het Noordelijk Deltabekken in onbeheerde situatie

|||Klasse||	Formule||
|Veg_a	|If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>Bound_A)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<oeverhoogte GLW), nominal(1),0)|
|Veg_b	|If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>Bound_B)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_A), nominal(1),0)|
|Veg_c	|If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>Oeverhoogte_GHW)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_B), nominal(1),0)|
|Veg_d	|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_D)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_B), nominal(1),0)|
|Veg_e	|If(oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS>Bound_D)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Oeverhoogte GHW), nominal(1),0)|
|Veg_f	|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_D)and((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)<Bound_C), nominal(1),0)|
|Veg_g	|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_C)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Oeverhoogte GHW), nominal(1),0)|
|Veg_h	|If((oeverhoogte GHWS - oeverhoogte EHW)>oeverhoogte EHW)and((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)<Bound_D), nominal(1),0)|

Met de klassegrenzen en de kaart met zoutgehalten kunnen vervolgens de vegetatietypen geclassificeerd worden (tabel 3). 

h5. Tabel  3.  Classificering vegetatietypen Noordelijk Deltabekken voor onbeheerde situatie
||Output 	||Vegetatietype	||Veg_a	||Veg_b||	Veg_c||	Veg_d	||Veg_e	||Veg_f||	Veg_g||	Veg_h||	Zoutgehalte (mg/L||
|1	|Scirpetum lacustris	|<0,>	|<,>	|<,>|	<,>|	<,>|	<,>	|<,>|	<,>|	[0,200>|
|2	|Scirpetum tabemaemontani	|<0,>|	<,>|	<,>	|<,>	|<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	[200,3000>|
|3	|Kaal slik	|<0,>|	<,>	|<,>	|<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	[3000,22000>|
|4	|Scirpetum  maritimi|	<,>|	<0,>|	<,>|	<,>	|<,>|	<,>|	<,>	|<,>|	[0,200>|
|5	|Haloscirpetum maritime|	<,>	|<0,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	[200, 10000>|
|6	|Haloscirpetum maritime	|<,>|	<,>|	<0,>	|<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	[5500, 7500>|
|7	|Spartinetum townsendii	|<,>|	<0,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	[8000, 22000>|
|8	|Spartinetum townsendii|	<,>	|<,>|	<0,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>	|[8000, 22000>|
|9	|C-P Calthetosum	|<,>	|<,>	|<0,>	|<,>|	<,>	|<,>	|<,>|	<,>|	[0,200>|
|10	|(Calystegio)-Phragmitetum communis	|<,>|	<,>	|<,>|	<0,>|	<,>|	<,>|	<,>	|<,>|	[200,5500>|
|11	|(Calystegio)-Phragmitetum communis	|<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<0,>	|<,>|	<,>	|<,>	|[0,10000>|
|12	|Artemisietum maritimae	|<,>	|<,>|	<,>|	<,>|	<,>	|<0,>|	<,>	|<,>|	[10000,22000>|
|13	|Halimionetum portulacoides|	<,>	|<,>	|<,>	|<,>	|<,>	|<,>	|<0,>|	<,>|	[10000,22000>|
|14	|Epilobietum hirsute / Galio - Urticetum dioicae|	<,>	|<,>	|<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<0,>|	[0,200>|
|15	|Sonchus palustris/ Angelica archangelica|	<,>	|<,>|	<,>	|<,>|	<,>|	<,>	|<,>	|<0,>	|[200,3000>|
|16	|Althaeeto- Calystegietum	|<,>	|<,>|	<,>|	<,>	|<,>|	<,>|	<,>|	<0,>	|[3000, 7500>
|17	|Atripliceto - Cirsietum|	<,>	|<,>|	<,>	|<,>	|<,>	|<,>	|<,>|	<0,>	|[7500, 10000>|
|18	|Elymetum arhericus|	<,>	|<,>|	<,>|	<,>|	<,>|	<,>	|<,>|	<0,>|	[10000, 15000>|
|19	|Cakiletea maritimae / pioniers	|<,>	|<,>|	<,>|	<,>	|<,>|	<,>	|<,>|	<0,>|	[15000,22000>|
|20	|Overige|	0	|0|	0|	0|	0	|0|	0	|0|	<,>|


*Situatie met begrazing*
In figuur 2 staat een schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in het Noordelijk Deltabekken bij begrazing. 


!Vegetatie Noordelijk Deltabekken Beweid.jpg|border=1!


h5. Figuur 2. Schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in het Noordelijk Deltabekken bij begrazing.

Voor elke waterstand moet de hoogteligging van de oever berekend in combinatie met een hoogtekaart. De GLW oeverhoogte wordt gebruikt als nul-lijn, waarop de overige oeverhoogten gecalibreerd worden. De klassegrenzen van de vegetatiezones aan de hand van de overstromingsklassen kunnen worden berekend met de formules in tabel 4.

h5. Tabel 4. Klassegrenzen van vegetatiezones Noordelijk Deltabekken in onbeheerde situatie
||Klassegrens||	Formule||
|Bound_A	|Oeverhoogte GLW - (0.9*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHW))|
|Bound_B	|Oeverhoogte GLW - (0.76*(oeverhoogte GHW- oeverhoogte GHWS))|

Om de klassegrenzen te gebruiken in een table reclassification worden ze omgezet in nominal kaarten waarbij de geschiktheid van de betreffende vegetatieklasse weergegeven wordt met een '1' en de ongeschiktheid met een '0'. Er worden meer vegetatieklassen dan vegetatiegrenzen onderscheiden omdat de oeverhoogten van naar aanleiding van de waterniveaus ook als klassegrens onderscheiden worden (zie ook figuur 2). De omzetting van de klassen in nominale kaarten staat weergegeven in tabel 5.

h5. Tabel  5. Classificering vegetatietypen Noordelijk Deltabekken voor bij begrazing
||Output||Vegetatietype||Veg_a||Veg_b||Veg_c||Veg_d||Veg_e||Veg_f||Zoutgehalte (mg/L||
|1|Kaal slik|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[0,22000>|
|2|Schaars begroeid slik + pioniers|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[0,10000>|
|3|Salicornietum strictae|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|[10000,22000>|
|4|Rg Agrostis stolonifera|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|[0,200>|
|5|Triglochino- Agrostietum stoloniferae|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|[200, 5500>|
|6|Puccinellietum distantis|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|[5500,10000>|
|7|Puccinellitum maritimae|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|[10000, 22000>|
|8|Rg Poa trivialis-Lolium perenne / Plantogini-Lolietum perennis|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|[0, 3000>|
|9|Plantogini-Lolietum perennis puccinellietosum|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|[3000,10000>|
|10|Juncetum gerardii|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|[10000,22000>|
|11|Overige|0|0|0|0|0|0|<,>|


h2. 2. Oevervegetatieontwikkeling in de Biesbosch [#3]
Als input van deze kennisregels zijn de volgende gegevens nodig:
* Digital Terrain Model (DTM) in cm + NAP 
* Waterniveau bij GHW (gemiddeld hoog water)
* Getijdenamplitudo (cm)

De vegetatieontwikkeling wordt bepaald aan de hand van de getijdenamplitudo (ten opzichte van GHW) en de specifieke beheersvorm. In figuren 3a t/m 3c staat een schematische weergave van de vegetatieontwikkeling van de Biesbosch bij verschillende getijdenamplitudo`s en beheersvormen.

A

!Vegetatie Biesbosch 30cm.jpg|border=1!

B

!Vegetatie Biesbosch 80cm.jpg|border=1!

C

!Vegetatie Biesbosch 200cm.jpg|border=1!

h5. Figuur 3a-c. Schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in de Biesbosch bij onbeheerde situatie. a) bij een getijdeamplitudo van 30 cm, b) bij een getijdeamplitudo van 80 cm en c) bij een getijdeamplitudo van 200 cm.

Voor het classificeren van de vegetatie wordt aangenomen dat er een ruimtelijke kaart beschikbaar is van de getijdenamplitudo en beheersvarianten ingedeeld in verschillende klassen (tabellen 6 en 7).

h5. Tabel 6. Codering getijdenamplitudo
||Getijde amplitudo (cm)	||Code||
|30 |	1|
|80	|2|
|200|	3|

h5. Tabel 7. Codering beheersvarianten
||Getijde amplitudo (cm)||	Code||
|Onbeheerd	|1|
|Riet en biezen snijden	|2|
|Hooiland beheer	|3|
|Extensieve begrazing	|4|
|Intensieve begrazing	|5|
|Griend en bosbeheer	|6|

Aan de hand van het DTM en GHW moet een kaart met hoogteligging (in cm) gemaakt worden. Met de volgende classificatietabel worden verschillende vegetatietypen onderscheiden op basis van hoogteligging ten opzichte van GHW in combinatie met getijdenamplitudo en beheersvariant (tabel 8).

h5. Tabel  8. Classificering vegetatietypen in de Biesbosch aan de hand van hoogteligging, getijde en verschillende beheers varianten.
||Vegetatietype	||Hoogteligging (cm)	||Getijdeamplitudo||	Beheersvariant||
|Kaal + biezen|[-30,-25>|1|1|
|Riet + spindotter/waterpeper- water ereprijs|[-25,-10>|1|1|
|Ruig riet|[-10,15>|1|1|
|Natte strooiselruigte|[15,45>|1|1|
|Droge nitrofiele ruigte|[45,50>|1|1|
|Kaal + biezen|[-30,-25>|1|2|
|Rietland + spindotter|[-25,15>|1|2|
|Ruig riet|[15,25>|1|2|
|Overig|[25,50>|1|2|
|Fioringgras|[15,25>|1|3|
|Vossestaart + kweek|[25,40>|1|3|
|Glanshaver (klei en zavel), rood zwenkgras (zand)|[40,50>|1|3|
|Overig|[-30,15>|1|3|
|Liesgras|[-10,0>|1|4|
|Liesgras ruigte|[0,20>|1|4|
|Rietzwenkgras|[20,50>|1|4|
|Overig|[-30,-10>|1|4|
|Fioringgras|[0,20>|1|5|
|Ruw beemdgras/engels raaigras|[20,50>|1|5|
|Overig|[-30,0>|1|5|
|Waterweegbree/wilgenvloedbos|[-10,5>|1|6|
|Fluitekruid/wilgenvloedbos|[5,20>|1|6|
|Brandnetel/wilgenvloedbos + elzen-vogelkers verbond|[20,50>|1|6|
|Water|<,-30>|1|<,>|
|Kaal + Biezen + Waterpeper + Waterereprijs|[-80,-50>|2|1|
|Riet + spindotter + waterpeper + waterereprijs|[-50,-20>|2|1|
|Ruig riet|[-20,10>|2|1|
|Natte strooiselruigte|[10,50>|2|1|
|Droge nitrofiele ruigte|[50,160>|2|1|
|Biezen|[-80,-50>|2|2|
|Rietland + spindotter|[-50,0>|2|2|
|Ruig riet|[0,10>|2|2|
|Overig|[10,160>|2|2|
|Fioringras|[0,10>|2|3|
|Vossestaart + kweek|[10,30>|2|3|
|Glanshaver (klei en zavel)/rood zwenkgras (zand)|[30,160>|2|3|
|Overig|[-80,0>|2|4|
|Liesgras|[-50,-20>|2|4|
|Liesgrasruigte|[-20,10>|2|4|
|Rietzwenkgras|[10,160>|2|4|
|Overig|[-50,-80>|2|4|
|Fioringras|[-5,20>|2|5|
|Ruw beemdgras, engels raaigras|[20,160>|2|5|
|Overig|[-80,-5>|2|5|
|Waterweegbree/wilgenvloedbos|[-20,-5>|2|6|
|Fluitekruid/wilgenvloedbos|[-5,20>|2|6|
|Brandnetel/wilgenvloedbos + elzen-vogelkers verbond|[20,160>|2|6|
|Overig|[-80,-20>|2|6|
|Water|[<,-80>|2|<,>|
|Kaal + biezen|[-200,-120>|3|1|
|Biezen + waterpeper / waterereprijs|[-120,-70>|3|1|
|Rietland + spindotter|[-70,-20>|3|1|
|Ruig riet|[-20,0>|3|1|
|Natte strooiselruigte|[0,25>|3|1|
|Droge nitrofiele ruigte|[25,100>|3|1|
|Biezen|[-150,-70>|3|2|
|Rietland en spindotter|[-70,0>|3|2|
|Ruit riet|[0,10>|3|2|
|Overig|[10,100>|3|2|
|Overig|[-200,-150>|3|3|
|Fioringras|[0,10>|3|3|
|Vossestaart + kweek|[10,25>|3|3|
|Glanshaver (klei en zavel)/rood zwenkgras (zand)|[25,100>|3|3|
|Overig|[-200,0>|3|3|
|Liesgras|[-70,-20>|3|4|
|Liesgras ruigte|[-20,10>|3|4|
|Rietzwenkgras|[10,100>|3|4|
|Overig|[-200,-70>|3|4|
|Fioringras|[-30,10>|3|5|
|Raaigras|[10,100>|3|5|
|Overig|[-200,-30>|3|5|
|Waterweegbree/wilgenvloedbos|[-70,-30>|3|6|
|Fluitekruid/wilgenvloedbos|[-30,10>|3|6|
|Brandnetel/wilgenvloedbos + elzen-vogelkers verbond|[10,100>|3|6|
|Overig|[-200,-70>|3|6|
|Water|<,-200>|3|<,>|

h2. 3. Oevervegetatieontwikkeling in de Haringvliet [#4]
Als input van deze kennisregels zijn de volgende gegevens nodig:
* Digital Terrain Model (DTM) in cm + NAP 
* Waterniveau bij GHW (gemiddeld hoog water), GLW (gemiddeld laag water), GHWS (gemiddeld springtijhoogwater), EHW (extreem hoog water).
* Zoutgehalte (mg Cl-/L)

*Onbeheerde situatie*
In figuur 4 staat een schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in de Haringvliet bij een onbeheerde situatie. 



!Vegetatie Haringvliet onbeheerd.jpg|border=1!


h5. Figuur 4. Schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in de Haringvliet bij onbeheerde situatie.

Voor elke waterstand moet de hoogteligging van de oever berekend in combinatie met een hoogtekaart. De GLW oeverhoogte wordt gebruikt als nul-lijn, waarop de overige oeverhoogten gecalibreerd worden. De klassegrenzen van de vegetatiezones aan de hand van de overstromingsklassen kunnen worden berekend met de formules in tabel 9.

h5. Tabel 9. Klassegrenzen van vegetatiezones Noordelijk Deltabekken in onbeheerde situatie
||Klassegrens	||Formule||
|Bound_A	|Oeverhoogte GLW - (0.43*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHW))|
|Bound_B	|Oeverhoogte GLW - (0.63*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHW))|
|Bound_C	|Oeverhoogte GLW - (0.77*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHW))|
|Bound_D	|Oeverhoogte GLW - (0.47*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHWS))|
|Bound_E	|Oeverhoogte GLW - (0.80*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHWS))|
|Bound_F	|Oeverhoogte GLW - (0.45*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte EHW))|

Om de klassegrenzen te gebruiken in een table reclassification worden ze omgezet in nominal kaarten waarbij de geschiktheid van de betreffende vegetatieklasse weergegeven wordt met een '1' en de ongeschiktheid met een '0'. Er worden meer vegetatieklassen dan vegetatiegrenzen onderscheiden omdat de oeverhoogten van naar aanleiding van de waterniveaus ook als klassegrens onderscheiden worden (zie ook figuur 4). De omzetting van de klassen in nominale kaarten staat weergegeven in tabel 10.

h5. Tabel  10. Omzetting klassen van de vegetatiezones in nominale kaarten voor het Noordelijk Deltabekken in onbeheerde situatie

||Klasse||Formule||
|Veg_a|If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>Bound_A)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<oeverhoogte GLW), nominal(1),0)|
|Veg_b|If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>Bound_B)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_A), nominal(1),0)|
|Veg_c|If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>Bound_C)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_A), nominal(1),0)|
|Veg_d|If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>oeverhoogte GHW)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_B), nominal(1),0)|
|Veg_e|If(oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS>0,nominal(1),0)|
|Veg_f|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_E)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_C), nominal(1),0)|
|Veg_g|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_D)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_C), nominal(1),0)|
|Veg_h|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_E)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_D), nominal(1),0)|
|Veg_i|If(oeverhoogte GHWS - oeverhoogte EHW>0 nominal(1),0)|
|Veg_j|If((oeverhoogte GHWS - oeverhoogte EHW)>Oeverhoogte EHW)and((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)<Bound_E), nominal(1),0)|
|Veg_k|If((oeverhoogte GHWS - oeverhoogte EHW)>Oeverhoogte EHW)and((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)<Bound_F), nominal(1),0)|
|Veg_l|If((oeverhoogte GHWS - oeverhoogte EHW)>Bound_F)and((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)<Bound_E), nominal(1),0)|


Met de klassegrenzen en de kaart met zoutgehalten kunnen vervolgens de vegetatietypen geclassificeerd worden (tabel 11). 

h5. Tabel  11.  Classificering vegetatietypen in de Haringvliet bij een onbeheerde situatie

 ||Output||Vegetatietype||Veg_a||Veg_b||Veg_c||Veg_d||Veg_e||Veg_f||Veg_g||Veg_h||Veg_i||Veg_j||Veg_k||veg_l||Zoutgehalte (mg/L||
|1|Biezen en pionier|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[0,200>|
|2|Scirpetum tabemaemontani|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[200,5500>|
|3|Kaal slik|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[5500,50000>|
|4|Riet en Spindotter|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[0,200>|
|5|RG scirpus maritimus|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[200,5500>|
|6|Spartinetum townsendii (bij matige dynamiek), Salicornietum/Saedetum in luwte|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[5500,50000>|
|7|Ruig rietland|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[0,200>|
|8|Natte strooiselruigten: Epilobietum|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[0,200>|
|9|RG Calystegia sepium-Phragmites australis|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[200,5500>|
|10|Artemisietum maritimae (oeverwallen)|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[5500,50000>|
|11|Halimoinetum portulacoideis, Plantagini-Limonietum, Puccillietum maritimae, bij hoge dynamiek kaal strand|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[5500,50000>|
|12|Droge, nitrofiele ruigten: Urticetum|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|[0,200>|
|13|Soncho-Epilobietum altheaetosum|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|[200,3000>|
|14|Oenantho Althaeetum|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|[3000,5500>|
|15|Atriplici-Elytrigietum pungentis, Honckenyou-Agropyretum juncei (dynamisch)|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|[5500,50000>|
|16|Armerio-Festucetum, Atriplicetum litoralis (vloedmerk, beschut), Salsolo-Cakiletum (vloedmerk, dynamisch)|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|[5500,50000>|
|17|Overige|0|0|0|0|0|0|0|0|0|0|0|0|<,>|


*Situatie na begrazing*
In figuur 5 staat een schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in de Haringvliet bij begrazing. 


!Vegetatie Haringvliet beweid.jpg|border=1!

h5. Figuur 5. Schematische weergave van de vegetatieontwikkeling in de Haringvliet bij begrazing.


Voor elke waterstand moet de hoogteligging van de oever berekend in combinatie met een hoogtekaart. De GLW oeverhoogte wordt gebruikt als nul-lijn, waarop de overige oeverhoogten gecalibreerd worden. De klassegrenzen van de vegetatiezones aan de hand van de overstromingsklassen kunnen worden berekend met de formules in tabel 12.

h5. Tabel  12. Klassegrenzen van vegetatiezones 
||Klassegrens||	Formule||
|Bound_A	|Oeverhoogte GLW - (0.43*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHW))|
|Bound_B	|Oeverhoogte GLW - (0.86*(oeverhoogte GLW- oeverhoogte GHW))|
|Bound_C	|Oeverhoogte GLW - (0.10*(oeverhoogte GHW- oeverhoogte GHWS))|
|Bound_D	|Oeverhoogte GLW - (0.73*(oeverhoogte GHW- oeverhoogte GHWS))|

Om de klassegrenzen te gebruiken in een table reclassification worden ze omgezet in nominal kaarten waarbij de geschiktheid van de betreffende vegetatieklasse weergegeven wordt met een '1' en de ongeschiktheid met een '0'. Er worden meer vegetatieklassen dan vegetatiegrenzen onderscheiden omdat de oeverhoogten van naar aanleiding van de waterniveaus ook als klassegrens onderscheiden worden (zie ook figuur 5). De omzetting van de klassen in nominale kaarten staat weergegeven in tabel 13.

h5. Tabel 13. Klassegrenzen van de vegetatiezones
||Klasse||	Formule||
|Veg_a	|If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>Bound_A)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<oeverhoogte GLW), nominal(1),0)|
|Veg_b|	If((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)>Bound_B)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_A), nominal(1),0)|
|Veg_c	|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_D)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_B), nominal(1),0)|
|Veg_d	|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_D)and((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)<Bound_C), nominal(1),0)|
|Veg_e	|If((oeverhoogte GHW - oeverhoogte GHWS)>Bound_C)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_B), nominal(1),0)|
|Veg_f	|If((oeverhoogte GHWS - oeverhoogte EHW)>Bound_D)and((oeverhoogte GLW - oeverhoogte GHW)<Bound_C), nominal(1),0)|

Met de klassegrenzen en de kaart met zoutgehalten kunnen vervolgens de vegetatietypen geclassificeerd worden (tabel 14). 

h5. Tabel  14.  Classificering vegetatietypen in de Haringvliet bij begrazing
||Output ||Vegetatietype||Veg_a||Veg_b||Veg_c||Veg_d||Veg_e||Veg_f||Zoutgehalte (mg/L||
|1|Kaal slik|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[0,22,000>|
|2|Slik en pioniers|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[0,5500>|
|3|Salicornitum/Spartinotum/Suaedetum|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|<,>|[5500,22,000>|
|4|Rg, Agrostis stolonifera|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|[0,200>|
|5|Trifolio fragiferi Agrostietum stoloniforac|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|[200, 5500>|
|6|Puccinellietum distantis|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|[5500,10,000>|
|7|Puccinellietum maritimac|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|<,>|[5500,10,000>|
|8|Puccinellietum maritimac|<,>|<,>|<0,>|<,>|<,>|<,>|[10,000,22,000>|
|9|Plantagini-Lolietum perennis|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|[0,3000>|
|10|Plantagini-Lolietum puccinellietos|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|[3000, 5500>|
|11|Juncetum gerardii|<,>|<,>|<,>|<,>|<,>|<0,>|[5500,22,000>|

h1. Referenties
{anchor:1}1.	Van de Rijt, 2001. Ecohydrologisch Model voor de Oevervegetatie van Estuaria. Hansson Ecodata. RWS directie Zuid Holland/RIZA ([download|http://publicwiki.deltares.nl/download/attachments/25722883/2001+Van+de+Rijt+Ecohydrologisch+Model+voor+de+Oevervegetatie+van+Estuaria.pdf])
{anchor:2}2.	Van den Rijt. Beschrijving en synoptsische tabellen van de Vegetatietypen in EMOE 5.0 ([download|http://publicwiki.deltares.nl/download/attachments/25722883/2001+Van+de+Rijt+Beschrijving+van+de+synoptische+tabellen.pdf])
{anchor:3}3.	Van den Rijt, 2001. De aanpassing van het model EMOE aan de vegetatie van de Biesbosch. Hansson Ecodata.([download|http://publicwiki.deltares.nl/download/attachments/25722883/2001+Van+de+Rijt+aanpassing+EMOE+ad+vegetatie+vd+Biesbosch.pdf])
{anchor:4}4.	Hansson ecodata, 2005. Calibratie van het model EMOE voor de vegetatie van de voordelta van het Haringvliet met behulp van de vegetatiekarteringen Kwade Hoek en Slufter van Voorne. Freiburg.([download|http://publicwiki.deltares.nl/download/attachments/25722883/Calibratie+EMOE+voordelta.pdf])