HomeEcological knowledge base
Fint - Alosa fallax
...
Habitat beschrijving
De ondersoort fallax van de Fint komt voor in de oostelijke kustzone van de Atlantische Oceaan, van noordelijk Marokko tot zuidelijk Noorwegen en in de Oostzee. In meren in Ierland en Italie worden niet-trekkende (land-locked) populaties aangetroffen van andere ondersoorten van de Fint. De Middellandse Zee met haar kustzone herbergt nog twee andere ondersoorten met zowel anadrome vissen als niet-trekkende populaties in zoet water. De Fint is in Nederland een anadrome trekvis. Migratie, paaien en opgroeien van de Fint zijn afgestemd op het getijdenmilieu. De trek van de volwassen exemplaren vanuit zee naar het estuarium begint als de temperatuur boven de 11-12 °C komt. Voor het paaien worden grindbeddingen opgezocht die onder invloed van het getij staan maar waar het water (vrijwel) zoet is. Een watertemperatuur van tenminste 18 °C is vereist. De paaitijd valt in het late voorjaar (mei/juni). Het paaien vindt plaats bij hoog water als de stroomsnelheid van de rivier laag is en de bevruchte eieren naar de kiezelbodems kunnen zakken. Daar liggen ze veilig, terwijl de stroming hen van zuurstof voorziet. Na de warmste periode van het jaar beginnen de jonge finten aan hun trek richting zee. Tijdens opkomend water zoeken de jonge vissen hun voedsel relatief hoog in de waterkolom, maar bij eb - wanneer de stroomsnelheid hoger is - blijven ze dicht bij de bodem, omdat ze anders mee naar zee worden gespoeld. In oktober-november bevinden ze zich in het brakke deel van het estuarium en hun eerste winter kunnen ze al in zee doorbrengen. Naarmate de vis groter wordt, trekt zij geleidelijk verder de zee op. Wanneer ze geslachtsrijp is (na drie tot vijf jaar), keert ze terug naar de paaiplaatsen #1.
Algemeen voorkomen
De Fint komt voor in de oostelijke kustzone van de Atlantische Oceaan, van noordelijk Marokko tot zuidelijk Noorwegen en in de Oostzee. Tot in de jaren 30 was de Fint algemeen in Nederland vooral in de benedenrivieren. De Fint werd na het uitsterven van de Elft intensief bevist wat een snelle afname van de aantallen tot gevolg had. Na het afsluiten van het Haringvliet heeft de Fint niet meer gepaaid in Nederland, na de jaren 90 zijn er wel weer jong Finten waargenomen maar van een stabiele populatie is geen sprake #2.
...
Larven leven 1 tot 2 jaar in de rivier alvorens ze naar zee trekken. Een Elft Fint leeft maximaal circa zeven jaar #1.
...
Response functies
De dosis-effect relaties response functies voor de Fint zijn onderverdeeld in de geschikheid van de hoofdstroom voor de trek, het zuurstof gehalte van het water en de kenmerken voor een geschikt paaigebied. Het zuurstofhalte is zowel voor de trekroute als voor het paaigebied van belang. Op literatuur gebaseerde rekenregels dosis-effect relaties over de passeerbaarheid van stuwen en dammen voor de Fint ontbreken op dit moment. De rekenregels dosis-effect relaties die hier gegeven zijn zijn gebaseerd op schatting en kunnen een te positief beeld geven. De rekenregels dosis-effect relaties over de paseerbaarheid passeerbaarheid zijn niet soort specifiek!
Section |
---|
Stroomdiagram
Algemene |
...
response functies Column |
---|
| Chart |
---|
dataDisplay | true |
---|
legend | false |
---|
xlabel | stroomsnelheid (m/s) |
---|
|
|
|
...
...
vertical | title | Stroomsnelheid hoofdstroom |
---|
|
|
|
...
...
...
...
HGI |
---|
geen | 0.05 | weining | 0.3 | matig | 0.6 | veel | 0.8 |
|
Referentie: #4 |
Column |
---|
| Chart |
---|
dataDisplay | true |
---|
legend | false |
---|
xlabel | zuurstofgehalte (%) |
---|
|
|
|
...
...
vertical | title | Gemiddeld minimum zuurstof gehalte |
---|
|
|
|
...
...
...
...
...
HGI |
---|
0 | 0 | 3 | 0 | 8 | 1 | 10 | 1 | >10 | 1 |
|
Referentie #4 |
|
...
Dosis-effect relaties voor het paaigebied Column |
---|
| Chart |
---|
dataDisplay | true |
---|
legend | false |
---|
xlabel | zoutgehalte |
---|
|
|
|
...
...
vertical | title | Zoutgehalte paaigebied |
---|
|
|
|
...
...
...
...
Column |
---|
| Chart |
---|
dataDisplay | true |
---|
legend | false |
---|
xlabel | temperatuur |
---|
|
|
|
...
...
vertical | title | Temperatuur paaigebied |
---|
|
|
|
...
...
...
...
Section |
---|
Column |
---|
| Chart |
---|
dataDisplay | true |
---|
legend | false |
---|
xlabel | substraat |
---|
|
|
|
...
...
vertical | title | Substraat paaigebied |
---|
|
|
|
...
...
...
...
HGI |
---|
slib | 0.05 | slib/zand | 0.15 | fijn/grof zand | 1 | grof zand/kiezel | 0.6 | kiezel | 0.2 |
|
Referentie: #4 |
Column |
---|
| Chart |
---|
dataDisplay | true |
---|
legend | false |
---|
xlabel | getijde verschil |
---|
|
|
|
...
...
vertical | title | Getijde verschil paaigebied |
---|
|
|
|
...
...
...
...
HGI |
---|
geen | 0.05 | weinig | 0.25 | matig/redelijk | 0.6 | veel | 1 |
|
Referentie: #4 |
|
...
Reponse functie voor migratie |
|
...
...
HGI stroomafwaarts |
---|
spuisluis | 0.5 |
|
|
...
1 | scheepvaartsluis + stuw + vistrap | 0.7 |
|
|
...
1 | scheepvaartsluis + stuw + waterkrachtcentrale + vistrap | 0.7 | 0.7 |
NB: Na 2007 moeten alle stuwen in Nederland van vistrappen zijn voorzien. Referentie: Expert Judgement Jan Kranenbarg |
|
Onzekerheid en validatie
De rekenregels dosis-effect relaties zijn niet gevalideerd.
Toepassingsgebied
Toepasbaarheid
De reponse functies zijn toepasbaar voor riviermondingen Riviermondingen en estuaria in Nederland. De functies voor het paaigebied zijn niet op Nederland van toepassing.
Voorbeeld project
N.v.t.Er is op dit moment geen voorbeeld projekt aanwezig.
Referenties
1
http://www.synbiosys.alterraminlnv.nl/natura2000 2
Janssen, J.A.M. en Schaminee, J.H.J. Europese natuur in Nederland; soorten van de Habitat richtlijn. 2004
3
Maitland, P.S. and Hatton-Ellis, T.W. Ecology of the Allis and Twaite Shad. Conserving Natura 2000 Rivers Ecology Series 3. 2003
4
OVB kopien