Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

...

De otter (Lutra lutra) is in 1988 uitgestorven in Nederland. In 2002 zijn er een aantal otters uitgezet in Nationaal Park de Weerribben-Wieden in Overijssel. De otter is een toppredator van de Nederlandse zoetwater-ecosystemen en stelt hoge habitateisen. De soort fungeert als indicator signaalsoort voor het ecologisch functioneren van meren, plassen, moerasgebieden en rivieren. Daarom is de otter een doelsoort voor zoete rijkswateren (#1, #7).

Voedselhabitat en strategie

Vis vormt ongeveer 80% van het totale voedselpakket van de otter. Het menu wordt bepaald door de talrijkheid en vangbaarheid van de potentiele prooivissen. Otters prefereren middelgrote vissen (15-20 cm). In voedselrijke wateren worden paling (Anquilla anguilla), brasem (Abramis brama) en blankvoorn (Rutilus rutilus) gegeten. Ook driedoornige stekelbaars (Gasterosteus aculeatus), snoekbaars (Stizostedion lucioperca), snoek (Esox luciu), baars (Perca fluviatilis) en zalmachtigen behoren tot het menu van de otter. Uit de analyse van spraints van otters uit Nooord-Holland is gebleken dat vooral snoek, paling, baars, pos (Gymnocephalus cernuus), blankvoorn en amfibieen worden gegeten.
Volwassen otters eten ongeveer 1-1,5 kg vis per dag. Naast vis eten otters kleine zoogdieren, amfibieen, kreeftachtigen, grote waterinsekten en jonge watervogels (#1).
Om de beschikbaarheid van voldoende voesel te waarborgen is een brede oeverzone met veel helofyten, drijfplanten en submerse planten optimaal. Paaiende en schuilende vis vind hier voldoende dekking en de visotter kan in dit milieu gemakkelijk zijn prooi verassen. Deze habitateisen voor vis zijn vertaald in rekenregels voor waterdiepte en waterplanten.
Hoewel onvoldoende doorzicht in (#1) wordt genoemd als beperkend voor de jacht, is deze regel niet opgenomen in het model. Otters kunnen ook goed op de tast jagen ('s nachts en in troebel water), al wordt de prooi in helder water overdag wel 3,5 maal sneller gevangen dan in troebel/donker water (#5). Otters zijn veelal 's nachts actief en zijn dan prima in staat hun prooi te vangen. Het is niet bekend hoe goed in hoeverre otters kunnen zien in het donker (pers. comm. A. de Jongh#7).

Reproductie, migratie en leefgebied

Op 2-jarige leeftijd zijn otters geslachtsrijp. De vrouwtjes werpen om het jaar jongen. De gemiddelde worpgrootte in Noordwest-Europe Europa is 2-3 jongen met een maximaal maximum van 5. In Nederland, Zweden en in Noordwest-Schotland werden relatief meer jongen geboren in het voorjaar en de zomermaanden dan in het najaar en in de winter (#8), terwijl op de Shetland eilanden otters uitsluitend in deze jaargetijden het voorjaar en de worden geboren (#9). Daarentegen kennen de otters in de zoetwatergebieden in Groot-Brittannie geen specifieke voortplantingsperiode.
De draagtijd is ongeveer 9 weken. Jonge otters krijgen na een zoogtijd van 7-8 weken vast voedsel. Na 2-3 maanden gaan de jonge otters met hun moeder mee op jacht. Het eerste levensjaar brengen de otters bij hun moeder door (#1). Voor het werpen van de jongen heeft de otter een nestsplaats met voldoende dekking nodig. Deze dekking kan bestaan uit zegge- of galigaan pollen en dichte rietvegetatie. Ook is het noodzakelijk dat deze nestplaats overstromingsvrij is.
Elke otter heeft een bepaalde zogenoemde 'homerange', een soort territorium waarbinnen de otter zijn voedsel vind. De hoeveelheid voedsel in het systeem bepaalt de grootte van het leefgebied van de otter #4. Bij de aanwezigheid van meer vis is een kleiner leefgebied nodig en heeft het systeeem een hogere draagkracht. In dit model wordt geen rekening gehouden met populatiedynamica en ook wordt er geen schatting gedaan van het aantal otters dat er in een gebied voor kan komen. Wel kan er bepaald worden of er voldaan wordt aan de minimum voorwaarden voor één otter. Dit wordt gedaan aan de hand van de homerange. De homerange wordt meestal uitgedrukt in oeverlengte en varieert van 7,5 km in mesotrophe systemen tot 18,6 km in oligotrofe systemen #4. Hierbij hebben de mannetjes doorgaans een grotere home range dan de vrouwtjes. Het bijbehorende aquatische voedselgebied is 16,8-34 ha voor vrouwtjes en 30,2-83 ha voor mannetjes (#4,#10). Een studie in Spanje kwam tot gemiddelde waarden voor mannetjes, vrouwtjes en juvenielen van 3,5-6,1 km #6.

...

Otters kunnen 10-15 jaar oud worden. In min of meer ongestoorde gebieden bereikt ongeveer 40-50% van de jonge otters de geslachtsrijpe leeftijd en het gemiddelde sterftecijfer van volwassen otters is ongeveer 25% (#1). Otters zijn zeer gevoelig voor microverontreiniging in het aquatisch milieu en hierdoor ook in hun voedselpakket. Daarbij kan men denken aan PCB's en andere pesticiden, zware metalen en olie (#1).
Vanwege de aanpassingen van de otter aan het water zijn ze op land minder mobiel, wat ze extra kwetsbaar maakt voor het verkeer (pers. comm. A. de Jongh).

...

6

Anchor
6
6
Saavedra, D., 2002, Reintroduction of the Eurasian otter (Lutra lutra) in Muga and Fluvia basins (North Eastern Spain): Viability, development, monitoring and trends of the new population. PhD thesis Universitat de Girona

7

Anchor
7
7
Pers. comm. met A. de Jongh, Stichting Vrienden van de Otter

8

Anchor
8
8
Wijngaarden, A. van en J. van de Peppel, 1970, De otter Lutra lutra in Nederland. Lutra 12 (1/2):1-70

9

Anchor
9
9
Kruuk, H., Conroy, J.W.H., Moorhouse, A., 1992, Seasonal reporduction, mortality and food of otter (Lutra lutra) in Shetland. Zoological Symposium 58: 263-278.

10

Anchor
10
10
Kruuk, H., 2006, Otters, ecology, behavior and conservation. Oxford University Press, pp. 1 - 265.