Home

H3260 - Beken en rivieren met waterplanten

 

Algemeen

Algemene kenmerken

 

Naam soort(en)groep

Beken en rivieren met waterplanten

Regio

Nederland

Watersysteem

Stromende wateren

Natuurparameter

habitats

HR nr

H3260

Factsheet opgemaakt door

H. Coops

 

Habitat beschrijving

Algemeen voorkomen

Het habitattype Beken en rivieren met waterplanten omvat laaglandrivieren en -beken met goed ontwikkelde, ondergedoken en drijvende vegetaties van waterplanten.
Het habitat omvat een aantal plantengemeenschappen van stromend water: 1) de associatie Ranunculo fluitantis - Potametum perfoliati (Verbond van Vlottende Waterranonkel en Doorgroeid fonteinkruid, 5Ba1); 2) Callitrichio hamulatae - Ranunculetum fluitantis (Verbond van Haaksterrekroos en Vlottende waterranonkel, 5Ca4). Typische kensoorten van de eerste zijn Vlottende waterranonkel, Riviervonteinkruid en Schedefonteinkruid. De tweede wordt gekenmerkt door soorten als Haaksterrekroos, Rossig fonteinkruid en Grote waterranonkel.
Kenmerkende soorten voor het habitat zijn Rivierfonteinkruid (Potamogeton nodosus), Vlottende waterranonkel (Ranunculus fluitans), Mattenbies (Scirpus lacustris), Gekroesd fonteinkruid (Potamogeton crispus), Drijvend fonteinkruid (Potamogeton natans), Pijlkruid (Sagittaria sagittifolia), Kleine egelskop (Sparganium emersum), Vlottende waterranonkel (Ranunculus fluitans), Slanke waterkers (Nasturtium microphyllum), Schedefonteinkruid (Potamogeton pectinatus), Rossig fonteinkruid (Potamogeton alpinus), Grote waterranonkel (Ranunculus peltatus).
Rivieren met waterplanten kunnen aangetroffen worden in de ondiepe zone van de stromende geulen van de Rijntakken (beneden IJssel, Merwedes, Neder-Rijn) en de Maas. Het Fonteinkruid-habitat is te vinden in de permanente geulen in de mondingsgebieden (geringe waterstandsfluctuaties, aanslibbing) van de grote rivieren op plaatsen die nooit droogvallen, en met een slibrijke bodem. Ook in het benedenstroomse deel van de Grensmaas en de gestuwde delen van de Maas komt rivierfonteinkruid voor.
Vlottende waterranonkel wordt af en toe in de Grensmaas gevonden.
Het habitattype is in Nederland nergens in goed ontwikkelde vorm te vinden en waterranonkel en rivierfonteinkruid komen hier niet samen voor op dezelfde locaties.

Milieuvoorwaarden

Rivieren met waterranonkelvegetaties zijn relatief snelstromend en turbulent en hebben een stabiel substraat (grof zand of grind) waarop de planten kunnen wortelen. Het water moet voldoende helder zijn. In de Grensmaas is geen standvastige populatie aanwezig, maar is aanwezigheid afhankelijk van propagulen-aanvoer vanuit zijriviertjes (Ourthe, Geul, Jeker). In de Grensmaas is het voorkomen beperkt tot plaatsen die gedurende enkele maanden ondiep zijn, geen plotselinge peilfluctuaties kennen en waar voldoende stroming is om aangroei van algen en slib te beperken. Haaksterrenkroos is van een lagere nutrientenbelasting afhankelijk en komt in de huidige Grensmaas niet voor.
Rivierfonteinkruidvegetaties komen in Nederland voor langs laagdynamische rivieren, met beperkte waterstandsfluctuaties en lage stroomsnelheden. De standplaatsen vallen nooit droog en worden gekenmerkt door een slibrijke, stabiele bodem.

Beheer en ontwikkelingskansen

Een goede waterkwaliteit is basisvoorwaarde voor de ontwikkeling van waterplantenvegetaties in rivieren. Bij hoge nutrientenbelasting zijn de vegetaties nauwelijks ontwikkeld. Schedefonteinkruid is de eerste soort die bij verbeterende condities koloniseert en dan vaak in zeer hoge bedekking voorkomt.
Van belang is de afwezigheid van sterke verstoringen zoals scheepvaartgolven en plotselinge veranderingen in waterpeil en stoomsnelheid.
Maatregelen die waterplanten in rivieren kunnen stimuleren zijn o.a.:

  • Grinddrempels (ondiepe riffles)
  • Nevengeulen en Natuurlijk ingerichte vistrappen
  • Stuwbeheer gericht op natuurlijk afvoerregime
  • Natuurvriendelijke oevers met ontwikkeling van ondieptes in vooroevers
  • Beperking van verstoring vanuit de oever

Dosis-effect relaties

 

Stroomdiagram

 

 

Dosis-effect relaties

Xyline chart for Stroming vlottende waterranonkel showing HGI by stroomsnelheid (m/s)

stroomsnelheid (m/s)

HGI

0

0

0.1

0

0.6

1

1.5

1

2

0

Xyline chart for Stroming rivierfonteinkruid showing HGI by stroomsnelheid (m/s)

stroomsnelheid (m/s)

HGI

0

0.5

0.1

1

0.5

1

1

0

2

0

Referentie: #1

Onzekerheid en validatie

(warning) Deze dosis-effect relaties zijn niet gevalideerd.

Toepasbaarheid

Deze dosis-effect relaties zijn toepasbaar op beken en rivieren met waterplanten.

Voorbeeld project

Er is geen voorbeeld projekt beschikbaar.

Referenties

1 Duel, H. & B. Specken 1994 Standplaatsmodel Rivierfonteinkruid een model voor het analyseren van de standplaatskwaliteit van rivieren voor vegetaties met rivierfonteinkruid (Potamogeton nodosus). INRO-TNO, Delft.