Ecological knowledge base

Spiering - Osmerus eperlanus

Algemeen

Algemene kenmerken

 

Naam soort(en)groep

Spiering - Osmerus eperlanus

Regio

Nederland, Europa

Watersysteem

meren, rivieren

Natuurparameter

vissen

HR nr

??

Factsheet opgemaakt door

M. Dionisio, J. de Leeuw

Habitat beschrijving

Algemeen voorkomen

De spiering is een zalmachtige (familie Osmeridae) die in twee vormen op het noordelijk halfrond voorkomt. De anadrome spiering, die in zout water opgroeit en landinwaarts trekt om te paaien, komt voor in zoute en zoete stromende wateren. De binnenspiering brengt zijn gehele leven door in zoete wateren (voornamelijk grote meren) #1. De soort is een echte scholenvis die van grote open wateren houdt zoals het IJsselmeer.

Voedselhabitat en strategie

Spieringlarven voeden zich voornamelijk met kleine planktonische organismen. Juvenielen schakelen over op grotere planktonsoorten. Volwassen spieringen voeden zich ook met vis (spiering, kleine haring en baars). Daarnaast is spiering zelf een belangrijke voedselbron voor vele soorten vis en vogels #1.

Reproductie en migratie

Spiering paait meestal tussen maart en juni. Eieren (zo'n 40000 per vrouwtje) worden afgezet op een substraat van zand, grind, steen of waterplanten. Substraat moet redelijk hard zijn om de eieren niet te laten verstikken #1.

Leeftijd en mortaliteit

Een zoutwaterspiering wordt tot 30 cm lang en 8 jaar oud terwijl de zoetwaterspiering meestal niet ouder dan 3 jaar wordt en niet langer dan 14 cm.

Response curves

Stroomdiagram

Relaties

Line chart for Helderheid water showing HGI by helderheid (cm)

helderheid (cm)

HGI

0

1

70

1

130

0.5

200

0.25

>200

0

Spiering houdt zich het liefst op in water met weinig zicht zodat predatoren deze vissoort niet snel ontdekken. Bij weinig zicht zit spiering hoger in de waterkolom. Naarmate de helderheid van het water toeneemt zal spiering dieper in de waterkolom gaan zitten of naar andere gebieden trekken. De aanname over de relatie tussen helderheid van het water en aanwezigheid van spiering is dat: tussen 0 en 70 cm zicht is spiering in het water aanwezig, tussen 70 en 200 cm is dit onbekend en bij meer dan 2 m zicht is spiering afwezig. Deze rekenregel is tot stand gekomen via expert judgement van IMARES.

Line chart for Temperatuur showing HGI by temperatuur

temperatuur

HGI

0

1

20

1

23

0.5

25

0

>25

0

Voor temperatuur zijn geen harde getallen bekend over een dosis-effect relatie met spiering. Waarschijnlijk leidt een temperatuur hoger dan 23 graden Celsius gedurende 2-3 dagen tot veel sterfte. Deze rekenregel is tot stand gekomen via expert judgement van IMARES.

Line chart for Zuurstof showing HGI by zuurstof (mg/L)

zuurstof (mg/L)

HGI

0

0

2

0

4

0.25

6

0.5

8

1

>8

1

Ook voor zuurstof zijn geen harde data beschikbaar voor een dosis-effect relatie op spiering. Bij zuurstofconcentraties hoger dan 8 mg/L is de verwachting dat spiering goed gedijt omdat dat ook geldt voor vele andere vissoorten. Daaronder echter is niet bekend hoe de relatie tussen zuurstofconcentratie en overleving van spiering is. Deze rekenregel is tot stand gekomen via expert judgement van IMARES en RWS-WD.

Onzekerheid en validatie

Deze response curves zijn niet gevalideerd. De relaties zijn op basis van expert judgement voldoende bevonden om hier toe te passen.

Toepasbaarheid

De response curves zijn het hele jaar toepasbaar omdat ze een grote range omvatten die het hele jaar omvat. De respons curvDe invoergegevens, meetgegevens of modelgegevens, kunnen dan ook over het hele jaar door geraadpleegd worden.

Voorbeeld project

Geen voorbeeldproject beschikbaar

Referenties

1 Sportvisserij Nederland, 2006.