Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

...

De zachthoutooibossen van het Salicion albae verbond zijn rivierbegeleidende bossen die tot ontwikkeling komen op oevers van rivieren. Behalve langs de riveren komen deze bossen ook voor langs wateren in het zoetwatergetijdegebied. Kenmerkende soorten zijn Schietwilg (Salix alba) of Katwilg (Salix viminalis). daarnaast Daarnaast is Zwarte populier (Populus nigra) een opmerkelijke soort. De ondergroei bestaat merendeels uit triviale moeras- en ruigteplanten zoals Grote brandnetel (Urtica dioica), Gewone smeerwortel (Symphytum officinale), Rietgras (Phalaris arundinacea), Kleefkruid (Galium aparine), Grote kattenstaart (Lythrum salicaria) en Gele lis (Iris pseudacorus).

...

Het type komt dan ook voor in het fluviatiele, Kempens, Gelders, Drents district.
Kieming van wilgen en populieren vind plaats om droogvallende bodems. Door de korte levensduur van zaden vindt kieming en vestiging alleen plaats indin tijdes de periode van zaadverspreiding de condities van de bodem optimaal zijn. Kieming vindt niet plaats op plek die zijn uitgedroogd dan wel pas laat in het seizoen droogvallen #5 #6. Als gevolg van een langdurige overstroming kunnen kiemplanten dood gaan. Oudere planten zijn hier wel tegen bestand.
De bosgemeenschappen vallen onder de groep hardhoutooibos en zachthoutooibos, welke voorkomen bij respectievelijk een overstromingsduur van 2 tot 50 dagen/jaar en 50 tot 150 dagen/jaar #2. Schietwilgen zijn goed bestand tegen langdurige overstromingen en komen dus vook op lage deel van de rivieroever voor en kunnen zich goed handhaven bij overstromingsduren tussen de 80 tot 140 dagen/jaar #5 #6. Zwarte populieren komen optimaal voor op hogere delen dan Schietwilgen en wel met een gemiddelde overstromingsduur tussen de 2- en 50 dagen/jaar. In het zoetwatergetijdegebied komen kwamen voor de afsluiting van het Haringvliet wilgengrienden voor in de Biesbosch in de zone tussen 45 beneden tot 35 cm boven het gemiddeld hoogwater van 1.35 m NAP. De ontwikkeling was optimaal tot 1 m NAP #7.

De gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand bij bosgemeenschappen behorende tot dit habitattype ligt tussen de 10 en 80 cm #4,#5#6. De bodem waar dit type om voorkomt bestaat uit zand, leem of klei #4. Zwarte populieren staan voornamelijk op zandige bodems #6.

Beheer en ontwikkelingskansen

...

1

Anchor
1
1
Janssen, J.A.M. en Schaminee, J.H.J. (2004) Europese natuur in Nederland; Habitat typen. KNNV Uitgeverij, Utrecht. ISBN: 9050111661
2
Anchor
2
2
Klijn, F., S.A.M. van Rooij, M. Haasnoot, B.L.W.G. Higler & B.S.J. Nijhof. (2002) Ruimte voor de Rivier, Ruimte voor de Natuur. WL-rapport Q2824.10, Alterra-rapport 513. ISSN 1566-7197
3
Anchor
3
3
http://www.minlnv.nl/natura2000
4
Anchor
4
4
Runhaar, H. Waternood. Hydrologische randvoorwaarden voor natuur.
5
Anchor
5
5
Duel, H. & B. Specken (1994). Standplaatsmodel Essen-Iepenbos: een model voor het bepalden van de standplaatskwaliteit van rivieroevers en uiterwaarden voor essen-iepenbossen (Fraxino-Ulmetum). TNO-BSA. RIZA werkdocument 96.046x
6
Anchor
6
6
Duel, H. & B. Specken (1994). Standplaatsmodel Wilgen-populierenbos: een model voor het analyseren van de standplaatskwaliteit van rivieroevers voor wilgen-populierenbossen (Salicion albea). TNO-BSA. RIZA Werkdocument 96.046x
7
Anchor
7
7
Zonneveld, I.S. (1960). De Brabantse Biesbosch. Een studie van bodem en vegetatie van eene zoetwatergetijdegebied. Proefschrift, Wageningen.