Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.
Wiki Markup
[home]
{scrollbar}

h1. MosselJapanse oester- _MytilusCrassostrea edulisgigas_


h1. Algemeen
{section}{column:width=80%}
|| Algemene kenmerken || ||
| Naam soort(en)groep | Mossel Japanse oester of Portugese oester - _CerastodermaCrassostrea edulegigas_ |
| Regio | Nederland, Europa |
| Watersysteem | zee |
| Natuurparameter | weekdieren |
| Factsheet opgemaakt door | B.K. van Wesenbeeck |{column}{column:width=20%}{column}{section}

h1. Habitat beschrijving

(!) This page is under construction!

h2. Algemeen voorkomen

De mosselJapanse (_mytilus edulis_) kent een groot verspreidingsgebied en wordt gevonden van Noord-Noorwegen tot Noordwest-Afrika. De mossel komt ook voor langs vrijwel de gehele oostkust van Noord-Amerika van de poolzee tot South Carolina, en langs de westkust van Alaska tot Baja California (Mexico).

h3. Milieurandvoorwaarden

De mossel wordt vooral in het intergetijde gebied en dieper aangetroffen. Mosselen hechten vaak op harde ondergrond, zoald steigers of dijkvoeten, of op elkaar. Ze worden meestal aangetroffen in dichte bedden of banken die meerdere jaarklassen bevatten. Deze bedden verheffen zich, door invanging van sediment, boven het omliggende sediment. Als de bedden te hoog worden, worden ze instabiel. Tijdens de winterstormen verdwijnen grote delen van zowel de jonge als de oude mosselbedden.

h3. Beheer en ontwikkelingskansen

De mossel is een geliefd consumptieproduct en wordt daardoor op grote schaal gekweekt.oester is een soort die niet inheems is voor de Nederlandse wateren. 

h3. Milieurandvoorwaarden

De oester wordt vooral subtidaal aangetroffen maar komt ook in het intergetijde gebied voor tot iets boven NAP. Oesters hechten op harde ondergrond en zijn nadat ze zijn gehecht niet meer mobiel. Ze worden meestal aangetroffen met meerdere oesters samen in een bed of bank. 

h3. Beheer en ontwikkelingskansen

De Japanse oester werd in 1963 geintroduceerd voor consumptie als alternatief voor de Zeeuwse oester (_Ostrea ostrea_). Men dacht dat de Nederlandse wateren te koud waren voor voortplanting van de exotische oester. Na een paar jaar begon de oester zich echter toch voort te planten en is inmiddels zeer algemeen voorkomend in de Zeeuwse estuaria, in het Eems-Dollard estuarium en in de Waddenzee. Sommigen zien de oester als een plaag die de inheemse Zeeuwse oester verdringt. Anderen benadrukken het belang van de riffen die de oester vormt als leefplaats voor andere organismen. 

h1. Dosis-effect relaties

Deze dosis-effect relaties zijn gekopieerdgebasseerd uitop eendata paperuit van Brinkman en ......
de Oosterschelde
\\

h4. Stroomdiagram

\\
{flowchart}graph[
rankdir=LR]
nodesep=0.5
"node0" [
label = "Zoutgehalte|Bodemtype|Slibgehalte|Waterdiepte|Droogvalduur"
shape = "record"
];

"node3" [
label = "HGI algemeen"
shape = "record"
];

"node0":f1-> "node3" [style=italic,label="minimum"]
[
id = 2
];

{flowchart}
\\

h4. Algemene dosis-effect relaties
{section}{column:width=50%}
{chart:type=bar|title=Zoutgehalte|xlabel=zoutgehalte (PPT)|yLabel=HGI |dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false}
||zoutgehalte (PPT)||HGI||conditie||
| < 21 |0|hoogwater|
| > 21 |1|hoogwater|
| < 18 |0|laagwater|
| > 18 |1|laagwater|
{chart}
Referentie: [#1]
(!) [#1] Spreekt van zoutgrenzen van _circa_ 21 en 18 ppt. Indien meer informatie beschikbaar is dient deze aan de dosis-effect relatie te worden toegevoegd.
NB Voor conversie van PPT naar gCL/L: gCL/L=PPT/1.805{column}{column:width=50%}
{chart:type=xyline|title=Bodemtype|xlabel=mediane korrelgrootte (?m)|yLabel=HGI |dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false}
||mediane korrelgrootte (?m)|| HGI ||
|<60 |0|
|80|0|
|110|1|
|>130|1|
{chart}
Referentie: [#2]{column}{section}{section}{column:width=50%}
{chart:type=xyline|title=Waterstand tov NAP|xlabel=waterstand (m)|yLabel=HGI |dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false}
||waterstand (m)|| HGI ||
|NAP -0.70 |0|
|NAP -0.30|1|
|NAP +0.10|1|
|NAP +0.30|0|
|NAP +0.50|0|
{chart}
Referentie: [#1]
NB: Het gaat hier om de zone rond NAP wat nog lang genoeg onder waterstaat maar ook niet te diep is.{column}{column:width=50%}
{chart:type=xyline|title=Droogvalduur|xlabel=droogvalduur (uur)|yLabel=HGI |dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false}
||droogvalduur (uur)|| HGI ||
|0|1|
|6|1|
|8|0|
|12|0|
{chart}
Referentie: [#1]{column}{section}{section}{column:width=50%}
{chart:type=bar|title=Slibgehalte|xlabel=slibgehalte (g/L)|yLabel=HGI |dataDisplay=true|dataOrientation=vertical|legend=false}
||slibgehalte (g/L) || HGI ||
|<50|1|
|>50|0|

{chart}
Referentie: [#1]
(!) Indien meer informatie beschikbaar is dient deze aan de dosis-effect relatie te worden toegevoegd.{column}{column:width=50%}{column}{section}

h1. Onzekerheid en validatie

(!) Deze dosis-effect relaties zijn niet gevalideerd.

h1. Toepasbaarheid

Deze dosis-effect relaties zijn toepasbaar op zoute wateren in Nederland.

h1. Voorbeeld project

Er is geen voorbeeld projekt voor de mossel.

h1. Referenties

1 {anchor:1} Tydeman, P. Ecologisch profiel van de litorale kokkelbank (_Cerastoderma edule_). Werkdocument RIKZ/0596.617x Watersysteemverkenningen. 1995