You are viewing an old version of this page. View the current version.

Compare with Current View Page History

« Previous Version 2 Next »

home

Extinctie

Algemeen

Algemene kenmerken

 

Factor

Vissoortenrijkdom

Regio

Caribisch gebied

Factsheet opgemaakt door

M.P. Weeber

Wat beschrijft het?

Er is door Pittman et al. (2007) een regressie model ontwikkeld dat de vissoorten rijkdom in het ondiepe zeewater van het Caribische gebied kan bepalen #1.

Hoe?

Het regressie model maakt gebruik van het relief en de diepte.

Het relief kan berekend worden met:
R = 1 - d / l

d = de daadwerkelijke afstand (volgt de contouren)
l = de horizontale afstand (berekend 6 meter boven het substraat).

Extinctie wordt uitgedrukt als de lichtuitdoving per diepte-eenheid. De lichtintensiteit onder water kan daarom worden beschreven met:

Iz = I0 * exp - (K*z)

waar geldt dat:

Iz = Lichtintensiteit (in PAR) op diepte z
I0 = Lichtintensiteit (in PAR) net onder het wateroppervlak
K = extinctiecoefficient (/m)
Z = diepte (m)

Aangezien extinctiemetingen duurden en lastiger zijn dan doorzichtmetingen, zijn er tal van artikelen waarin gezocht is naar een verband tussen deze twee parameters. Een veel gebruikte benadering is die van Poole-Atkins:

K = c/SD

Waarbij:

K = extinctiecoefficient (/m)
SD = zichtdiepte (m)
c = Poole-Atkins constante

De waarde van de constante ligt tussen 1.2 en 3.0 #1. In veel HABITAT projecten gaan we uit van een waarde van 1.7.

Referenties

Bakema, A.H. (1988): "Empirische lichtmodellering voor een aantal Nederlandse meren", Dienst Binnenwateren/RIZA, rapport T 387.

  • No labels