You are viewing an old version of this page. View the current version.

Compare with Current View Page History

« Previous Version 36 Next »

De indeling van de drie RWES systemen in Voor de indeling van systemen in ecotopen

Positionele factoren

De drie onderdelen van het RWES (Aquatisch, Oevers en Terrestrisch) worden van elkaar onderscheiden op basis van de hydrodynamische gradiënt: van permanent overstroomd naar overstromingsvrij (zie Figuur 1). Alleen binnen RWES-Aquatisch worden wateren onder andere ingedeeld aan de hand van positionele factoren. Deze positionele factoren (stromingsrichting en saliniteit) onderscheiden de volgende typen waterlichamen:

  • Rivieren,
    • Hoofstroom en Nevengeul
    • Rivierbegeleidende wateren
  • Getijdenwateren,
    • Zoet
    • Zwak brak en brak
  • Meren, en
  • Kanalen
    • Zoet
    • Brak

Deze indeling weerspiegelt de verschillen in de uiterlijke verschijningsvormen en de ecologische inhoud van deze vier typen waterlichamen. In RWES-Oevers en RWES-Terrestrisch worden dus geen positionele factoren gebruikt, maar nemen in hun methodiek wel de opsplitsing in watertypen van RWES-Aquatisch mee (zie figuur 1).

 

 

Figuur 1: overzicht van de hydrodynamicsche grenzen tussen RWES-Aquatisch, RWES-Oevers en RWES-Terrestrisch (naar voorbeeld van Willemsen et al. (2007)).

 

Conditionele factoren

Alle drie de RWES systemen gebruiken wel conditionele factoren:

  • Mechanische dynamiek (allen),
  • Hydrodynamiek (RWES-Aquatisch) of hydrologie (RWES-Oevers en RWES-Terrestrisch),
  • bodemtype (RWES-Aquatisch),
  • Zoutgehalte (RWES-Oevers) en
  • Gebruik en beheer (RWES-Oevers en RWES-Terrestrisch).

De conditionele factoren zijn de basis voor de ecotoopclassificicatie. Een verfijning van ecotopen wordt gehanteerd in RWES-Aquatisch en RWES-Oevers: door het gebruik van eco-elementen wordt de status van een aantal operationele factoren, zoals zuurstofrijkdom en nutriënt beschikbaarheid, afgeleid.

Mondriaanfiguren

Op basis van de conditionele factoren, en soms uitgebreid met eco-elementen, worden ecotopen gedefinieerd. Onderstaande 'Mondriaan'- figuur geeft de structuur van de ecotopenclassificatie weer.

Figuur 2: 'Generiek' Mondriaan figuur.

De categorie "Hoofdsysteem" heeft de klasses "Aquatisch", "Oevers" en "Terrestrisch". De categorie "Ecotopengroep" splitst deze klasses verder op in:

  • Aquatisch:
    • Rivieren,
      • Hoofstroom en Nevengeul
      • Rivierbegeleidende wateren
    • Getijdenwateren,
      • Zoet
      • Zwak brak en brak
    • Meren en
    • Kanalen.
      • Zoet
      • Brak
  • Oevers:
    • Ondiep water,
    • Kale platen,
    • Harde substraten,
    • Moerasplanten-helofytenzone,
    • Moerasruigtes,
    • Zachthout struwelen en bossen,
    • Graslanden en
    • Schelpenbanken, schooren en groene stranden.
  • Terrestrisch:
    • Antropogeen,
    • Onbegroeid,
    • Grasland,
    • Ruigte,
    • Bos en
    • Moeras.

Vervolgens wordt het ecotoop benoemd en worden de daarbij behorende indelingskenmerken en eventueel het eco-element gepresenteerd. Op de pagina 'RWES Samenvatting' staat een beknopte weergave van de conditionele factoren die gebruikt worden bij de ecotoop-indelingen in de verschillende RWES systemen.

Per Hoofdsysteem worden de bijbehorende ecotopen op de pagina's 'RWES-Aquatisch', 'RWES-Oevers' en 'RWES-Terrestrisch' verder behandeld.

 
  • No labels