Dit onderdeel richt zich op de cumulatieve effecten van suppleties, op lange en middellange termijn, op de ecologische processen in de vooroever van de Nederlandse kustzone. Het gaat hierbij met name om de effecten van suppleties op de fysische en morfologische karakteristieken van het habitat, en de effecten van veranderingen in die karakteristieken op de bodemdiergemeenschap, de visfauna en het functioneren van de ondiepe kustzone als kinderkamer voor vispopulaties.
Hierbij zijn de volgende elementen te onderscheiden:
5A1. Dataverzameling en datamanagement
- Bestaande data, uit in het verleden uitgevoerde surveys, met betrekking tot fysica, morfologie, benthos en vis worden opgewerkt naar een standaard format (IMWA) en ontsloten via een database. Het gaat hierbij om data uit verschillende bronnen (Deltares, RWS, WMR), die ofwel direct in de database worden opgenomen ofwel beschikbaar worden gemaakt, bijvoorbeeld via webservices. Voor de uitvoering en de opzet van de database wordt aangesloten op de werkwijze en procedures rond datamanagement in andere mariene monitoringprojecten zoals Wozep, Zandmotor, PMR-NCV.
- Reeds beschikbare, relevante modeldata zullen ook verzameld worden om in de analyses gebruikt te worden
- Een deel van de historische data (o.a. MWTL-benthos, surveys op Texel (2000, 2001, 2002) en RIKZ survey Jansen&Mulder zijn of worden al opgewerkt naar standaard format.
- Nieuwe data komen beschikbaar uit de surveys van benthos en vis door WMR in 2017 en 2018.
- Deltares is verantwoordelijk voor het opzetten van de database en het datamanagement, waarbij WMR verantwoordelijk is voor het beschikbaar maken van de eigen (WMR) data.
5A2 Analyse processen vooroever
- In 2018 wordt een start gemaakt met de statistische analyse ten behoeve van habitatmodellering. Het uiteindelijke doel is te komen tot een betere verklaring van de variatie in biologische gegevens (benthos, vis) op basis van fysische/morfologische karakteristieken, waardoor met behulp van de gevonden relaties de (middel)lange termijn effecten van suppleties beter beschreven en voorspeld kunnen worden. In 2018 zal de nadruk liggen op het identificeren van de meest relevante datasets. Daarnaast zal worden onderzocht welke specifieke parameters nodig zijn en wat de meest geschikte statistische analysemethoden zijn.
- In 2019 zullen de analyses verder uitgewerkt worden.
