Een oud principe is een waterkeringszone met twee parallelle dijken, de waker (zeezijde) en slaper (binnenland).

Door de nog aanwezige slaperdijken achter de primaire waterkering op sterkte te brengen, kan in sommige gevallen worden vermeden dat de primaire waterkering aanzienlijk verhoogd en versterkt moet worden. Een dubbele dijk kan efficiënter zijn qua kosten en landgebruik. Het gebied tussen de twee dijken kan verschillende bestemmingen krijgen: zilte landbouw, natuur of recreatie.

Op verschillende plekken in Nederland is deze situatie al aanwezig, bijvoorbeeld vanwege de historische situatie (van het opschuiven van dijken). De zomer- en winterdijken langs de grote rivieren zijn een voorbeeld van een waker-slaper situatie.

Om de vijf jaar wordt gecontroleerd of zeedijken nog voldoen aan de strenge eisen tegen overstromen.


  • No labels