IJsvogel - Alcedo atthis

Algemeen

Algemene kenmerken

 

Naam soort(en)groep

IJsvogel - Alcedo atthis

Regio

Nederland, Europa

Watersysteem

Beken en meren, moeras, oevers, park en tuin, plassen, rietland en ruigte, rivieren, vennen

Natuurparameter

vogels

HR nr

A229

Factsheet opgemaakt door

M.P. Weeber

www.vogelvisie.nl Foto: S. Round

Habitat beschrijving

Algemeen voorkomen (leef- en broedgebied)

De ijsvogel is in Nederland voornamelijk te vinden op de hoge zandgronden in het oosten en het zuiden. Ze komen voor in het rivierengebied, de Veluwezoom, Midden Nederland, maar zijn ook aangetroffen langs de binnenduinrand #1.

In de broedtijd worden ze hoofdzakelijk langs zoete wateren aangetroffen. Hier broeden ze langs beken, kleine rivieren, kanalen, vaarten, (fort-) grachten, vijvers, plassen en afgravingen. Het nest wordt gegraven in steile oevers in de wortelkluiten van omgevallen bomen of in zandwallen. Bij voorkeur wordt het nest op een halve meter boven de oever gebouwd met een voorkeurshoogte van de steilwand van 2 meter of hoger. Voor de steilwand is er een voorkeur voor leemhoudend zand. Sterke peilfluctuaties kunnen potentiële broedplaatsen in oevers ongeschikt maken. Hoewel de aanwezigheid van bomen in het broedgebied niet noodzakelijk is, zijn uitkijkposten boven of bij het water in de vorm van takken of riet dat wel #1.

Voedselhabitat en strategie

Voor het foerageergebied, dat vaak overlapt met het broedgebied, is het nodig dat er een gemiddelde minimale waterdiepte van 10 cm aanwezig is. Er bestaat een voorkeur voor de iets diepere wateren (> 20 – 30 cm). Echt diepe wateren zijn minder geschikt. Het dieet van de ijsvogel bestaat hoofdzakelijk uit kleine zoetwatervissen, maar ook waterinsecten behoren hier toe. In het zoute water worden zoutwatervis en aasgarnalen gegeten. Minder vaak worden kreeftachtigen, mollusken, landinsecten of amfibieën gegeten. Maar over het algemeen kan gesteld worden dat in het foerageergebied een ruime hoeveelheid kleine vis van ca. 7 cm lang aanwezig dient te zijn. Binnen een straal van 5 km tot het nest wordt er gefoerageerd #1.

Samenhangend met het dieet van de ijsvogel, lijkt deze vogel een voorkeur te hebben voor snelstromende wateren die helder zijn, echter, de ijsvogel wordt ook langs stagnant en relatief troebel water aangetroffen. Zandige waterbodems (inherent aan het voorkomen van de ijsvogel op de hoge zandgronden) hebben over het algemeen helder water, maar met loss worden deze echter snel troebel. Verder kan een snelle waterafvoer (resuspensie) ook voor vertroebeling zorgen #1.

Reproductie en migratie

De broedperiode is tussen februari en augustus. Hierbij zijn twee broedsels de standaard. Gemiddeld worden er 6 tot 7 eieren gelegd in één legsel, die na 19 tot 21 dagen uitgebroed zijn. De jongen kunnen na 23 tot 27 dagen vliegen en enkele dagen hierna zijn ze al onafhankelijk #1.

De migratie vindt plaats van mei tot september. Hierbij blijven de vogels binnen Nederland of trekken naar aangrenzend westelijk Europa. In februari- maart raken de broedplaatsen weer bezet #1.

Dosis-effect relaties

Stoomdiagram

















Dosis-effect relaties

XYline chart for Areaal open water binnen 1 km showing HSI by areaal open water binnen 1 km (ha)

areaal open water binnen 1 km (ha)

HSI

0

0

0.5

0.4

1

1

2

1

Referentie: #1

XYline chart for Breedte water showing HSI by breedte water (m)

breedte water (m)

HSI

0

0

1

0

2

1

3

1

Referentie: #1

XYline chart for Lengte steil talud showing HSI by lengte steil talud (m)

lengte steil talud (m)

HSI

0

0.3

1.5

0.5

2

0.8

5

1

10

1

Referentie: #1

XYline chart for Hoogte steil talud showing HSI by hoogte steil talud (m)

hoogte steil talud (m)

HSI

0

0

0.5

0

2

1

3

1

Referentie: #1

Bar chart for Aantal steilwanden per km oever showing HSI by aantal steilwanden per km oever (steilwanden/km oever)

aantal steilwanden per km oever (steilwanden/km oever)

HSI

0

0

0 - 0.5

0.5

0.5 - 1

0.8

> 1

1

Referentie: #1

Bar chart for Bodem steilwand showing HSI by bodem steilwand (klassen)

bodem steilwand (klassen)

HSI

zand

0.7

leemhoudend zand

1

zandige klei

0.7

zuivere klei

0.3

veen

0.3

Referentie: #1

Bar chart for Peilfluctuatie showing HSI by peilfluctuatie (cm/dag)

peilfluctuatie (cm/dag)

HSI

< 10

1

10 - 25

0.5

> 25

0

Referentie: #1

XYline chart for Gemiddelde waterdiepte showing HSI by gemiddelde waterdiepte (cm)

gemiddelde waterdiepte (cm)

HSI

0

0

10

0.5

30

1

50

1

200

0.5

Referentie: #1

Bar chart for Overstromingen showing HSI by overstromingen (periode)

overstromingen (periode)

HSI

mrt - aug

0

sep - feb

1

geen

1

Referentie: #1

XYline chart for Zichtdiepte showing HSI by zichtdiepte (cm)

zichtdiepte (cm)

HSI

0

0

0.1

0

0.2

0.7

0.4

1

1

1

Referentie: #1

Bar chart for Bomen op oever showing HSI by bomen op oever (klassen)

bomen op oever (klassen)

HSI

aanwezig

1

afwezig

0

Referentie: #1

Bar chart for Zitplekken boven het water showing HSI by zitplekken boven het water (klassen)

zitplekken boven het water (klassen)

HSI

aanwezig

1

afwezig

0

Referentie: #1

Bar chart for Afstand steilwand tot water showing HSI by afstand steilwand tot water (klassen)

afstand steilwand tot water (klassen)

HSI

0 - 10

1

10 - 200

0.2

> 200

0

Referentie: #1

Ornithologisch Basisregister #2

ecotoop-gebied

nest

voedsel

open water

++

++

rietvegetaties

 

 

ruigten

 

+

zandige, open ruigten en pioniersvegetaties

 

 

heide stuifzand, veen, open duin

 

 

grasland

 

 

akkers

 

 

struwelen

 

 

bos

+

 

bebouwd gebied

 

 

open gebied

 

 

Het nest wordt gemaakt in holten in de bodem.

Het voedsel wordt onder water gezocht.

De bepalende factor van voorkomen is de aanwezigheid van schoon water, liefst stromend, en steile oevers en/of grote wortelkluiten.

Onzekerheid en validatie

(warning) Deze rekenregels zijn niet gevalideerd.

Deze rekenregels zijn opgesteld aan de hand van een literatuuronderzoek #1.

Toepassingsgebied

Vaarten, kanalen, rivieren en vergelijkbare wateren op de hoge zandgronden in Nederland dienen als uitgangspunt voor dit model #1. Beken vormen geen onderdeel van dit model.

Voorbeeld project

Niet aanwezig

Referenties

1 Van der Winden, J., Dirksen, S., Poot, M.J.M., 1996 . HSI-modellen voor 15 oevergebonden broedvogelsoorten. Ministerie van verkeer en waterstaat, Dienst weg en watebrouwkunde, Bureau Waardenburg, februari 1996
2 Sierdsema, H. Broedvogels en beheer. Staatsbosbeheer.SOVON. 1995

  • No labels