Visdief - Sterna hirundo
Algemeen
Algemene kenmerken |
|
---|---|
Naam soort(en)groep |
Visdief - Sterna hirundo |
Regio |
Nederland, Eurazië, Amerika |
Watersysteem |
Beken en meren, intergetijdenzone, kust, moeras, rivieren |
Natuurparameter |
vogels |
HR nr |
A193 |
Factsheet opgemaakt door |
M.P. Weeber |
Habitat beschrijving
Algemeen voorkomen (leef- en broedgebied)
De visdief broedt zowel in zoete als zoute wateren. Dit doen zij in kolonies, alleen in het binnenland broeden ze soms solitair of in kleinere kolonies. Predatie druk, risico van overstroming en mate van begroeiing zijn de belangrijkste factoren die het broedgebied uiteindelijk bepalen.Vegetatie biedt bescherming tegen zon, weersomstandigheden en predatie. Tevens dient het als herkenningspunt. Een te hoge vegetatie krijgt echter een negatieve rol, doordat broedende visdieven zo het zicht op predatoren en elkaar verliezen maar er ook verstrengeld in kunnen raken. In het rivierengebied broed de visdief daar waar de uiterwaarden het waterrijkst zijn. Maar ook minder natuurlijke locaties, zoals daken van industriecomplexen, opspuitterreinen en akkers worden gebruikt als broedgebied #1.
De nesten dienen droog te blijven tijdens peilfluctuatie. Waterdiepte heeft effect op de hoeveelheid vis die beschikbaar is en de bescherming van het nest tegen predatoren. Voor foerageren is het van belang dat het water helder is en voldoende vis bevat #1.
Voedselhabitat en strategie
In zoute wateren wordt voornamelijk aan het wateroppervlak op in scholen levende kleine jonge vis , zoals haring, sprot en zandspiering, gejaagd. Daarnaast vormen garnaalachtigen en krabbetjes een aanvulling op het dieet. In het binnenland wordt veel op visjes, zoals stekelbaars en zoetwaterbaars, maar ook op kikkervisjes, insecten en insectenlarven gejaagd #1.
Reproductie en migratie
De kolonies zijn aanwezig van de tweede helft van april tot en met half augustus. De eieren worden gelegd in de eerste helft van mei, variërend van 2 tot 3 eieren per nest. De broedduur is ongeveer 22 tot 26 dagen en na 22 tot 28 dagen bereiken de kuikens het vliegvlugge stadium en start de dispersie #1 .
In augustus vindt de wintertrek plaats naar de West Afrikaanse kust van Mauritanië tot Nigeria. Vanaf eind maart – begin april zijn de visdieven weer in ons land te vinden #1.
Dosis-effect relaties
Stoomdiagram
Dosis-effect relaties
Ornithologisch Basisregister #2
ecotoop-gebied |
nest |
voedsel |
---|---|---|
open water |
+ |
++ |
rietvegetaties |
|
|
ruigten |
|
|
zandige, open ruigten en pioniersvegetaties |
++ |
|
heide stuifzand, veen, open duin |
+ |
|
grasland |
|
|
akkers |
|
|
struwelen |
|
|
bos |
|
|
bebouwd gebied |
|
|
open gebied |
|
|
Het nest wordt gemaakt op de bodem, wateroppervlak en waterkant.
Het voedsel wordt onder water gezocht.
De bepalende factor van voorkomen is de aanwezigheid van ondiep open water en eilandjes en/of zandplaten.
Onzekerheid en validatie
Deze rekenregels zijn niet gevalideerd.
Deze rekenregels zijn opgesteld aan de hand van een literatuuronderzoek #1.
Toepassingsgebied
Nederland, zonder onderscheid tussen kolonies in zoute en zoete wateren omdat de uiteindelijke vestigingsvoorwaarden voor kolonies in zoute en zoete milieus gelijk zijn #1.
Voorbeeld project
Niet aanwezig
Referenties
1 Van der Winden, J., Dirksen, S., Poot, M.J.M., 1996 . HSI-modellen voor 15 oevergebonden broedvogelsoorten. Ministerie van verkeer en waterstaat, Dienst weg en watebrouwkunde, Bureau Waardenburg, februari 1996
2 Sierdsema, H. Broedvogels en beheer. Staatsbosbeheer.SOVON. 1995