Om te voldoen aan de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn moet er minimaal 600 hectare nieuwe estuariene natuur in het Westerscheldegebied worden gecreëerd. Na de bekendmaking van de plannen voor ontpoldering hebben inwoners en instellingen in Zeeland alternatieven aangedragen. Hiervan heeft een speciale Commissie (Maljers) de mogelijkheden verkend.
Eén van de aangedragen alternatieven is het verlagen van de hoog opgeslibde schorren van het Verdronken Land van Saeftinghe. Dit kan door afplaggen van de bovenlaag, het wegzuigen van onder de schorren aanwezige (schone) zand in combinatie met het uitdiepen van de sterk verzande hoofdgeulen. Zo ontstaat er nieuwe getijdennatuur.
Volgens de ideemakers is bodemverlaging een betere optie dan het verdiepen van de geulen. Dat leidt tot verstoring van het evenwicht, ofwel zandhonger en plaatafslag. De Commissie Maljers heeft het verlagen van Saeftinghe echter afgewezen. Het omzetten van hooggelegen schor in laaggelegen schor levert geen bijdrage aan de beoogde instandhouding van de natuur van de Westerschelde. Daarnaast zijn de kosten waarschijnlijk hoog.
Instructions: SET YOUR OWN LINKS BETWEEN THE [], DELETE NON USED LINES
