Instructions: REPLACE IMAGE LINK BELOW WITH LINK TO YOUR IMAGE
Deze studie gaat over de wenselijkheid van een industrie-eiland als oplossing voor milieuproblemen op land. De studie werd uitgevoerd voor de Minister van Verkeer en Waterstaat om een zelfstandig standpunt te bepalen over een industrie-eiland in zee. Eerder was een rapport verschenen van de North Sea Island Group, een groep van verschillende sectoren uit het bedrijfsleven, over het realiseren van een kunstmatig eiland ten behoeve van industriële activiteiten.
De studie vergelijkt een eiland met het vasteland. Voor de eilandoptie werd uitgegaan van een eiland 40 km voor de kust bij Hoek van Holland, met als extra vergelijk een eiland voor de kust bij Walcheren en Ameland. Voor de eilandoptie werd uitgegaan van de Maasvlakte, met als extra vergelijk diverse industrieterreinen in Nederland en de havens Le Havre in Frankrijk en Wilhelmshaven in Duitsland.
Bij het ontwerp van het eiland is uitgegaan van een geïntegreerd systeem van transport, opslag, overslag en productie. Er is uitgegaan van een ruimtevraag door de industrie (aardolieraffinage, petrochemie, ijzer-en staalfrabricage, non-ferro industrie), de energie sector (electriciteitopwekking met kolenvergassing of kernenergie) en afvalverwerking. Het eiland kreeg een oppervlakte van 2000 ha, waarvan 1450 ha voor industrie. De kosten bedroegen €160 per vierkante meter droog terrein voor een eiland bij Hoek van Holland. De bouw van een eiland bleek technisch en juridisch haalbaar te zijn.
De bouw van het eiland is weinig arbeidsintensief en levert ca. 50.000 manjaren werk op. In de exploitatiefase is de werkgelegenheid groter vanwege de 5-ploegendienst. Het werk in continudienst en meerdaags verblijf maakt werving van personeel niet makkelijk en daardoor het percentage buitenlandse werknemers hoog. Verwacht werd dat medewerkers die op een eiland werken een groter beroep doen op sociale en medische begeleiding en WAO. Gedacht werd dat aan de arbeidsvraag voldaan werd door het arbeidsaanbod in het westen van Nederland. Voor het bemensen van een eiland bij Walcheren of Texel zal een emigratiestroom op gang moeten komen naar die regio's, hetgeen onder afhangt van de regionale woningbouw.
De productiekosten op een eiland zijn hoger vanwege de hoge bouwkosten van een eiland, de hogere arbeidskosten en de transportkosten van goederen en personeel. De investerings-en exploitatiekosten zijn 50% hoger dan op land.
Verkent werd of de groei van de industriële activiteiten in die tijd, jaren zeventig en tachtig uit de vorige eeuw, daadwerkelijk aanleiding was voor nieuwe vestigingsruimte. Gekend werd naar industrie (aardolieraffinage, petrochemie, ijzer-en staalfrabricage, non-ferro industrie), energie (electriciteit, kolenvergassing) en afvalverwerking. Er bleek geen gebrek te zijn aan terreinen voor industrie, energie en afvalverwerking.
Als hamvraag resteerde de vraag of een eiland als gebied voor industrie voor het milieu te prefereren is boven beschikbare locaties op het vasteland. Onderscheid is gemaakt tussen effecten op korte afstand (4 tot 10 km) zoals geluid, stank en risico van giftige gassen, en op lange afstand zoals vervuiling van lucht en water. Een eiland vermindert inderdaad de milieuproblemen op korte afstand. De ligging op zee zorgt ook voor de betere verspreiding van afvalwarmte door koelwater en een verbetering van de luchtkwaliteit op land. Voor de waterkwaliteit maakt een eiland geen verschil omdat de totale omvang van de verontreiniging niet vernadert. Energieopwekking op een eiland lijkt op zich geen voordeel te hebben en het opstellen van windturbines wordt, vanwege het zeer grote landbeslag afgewezen.
De conclusie van de studie is dat de bouw van een industrie-eiland niet wenselijk is. Het is echter niet ondenkbaar voor activiteiten met hoge risico's voor de bevolking, met weinig werknemers en waarvoor de hoge kosten van het aanleggen van een eiland draagbaar zijn.
Instructions: SET YOUR OWN LINKS BETWEEN THE [], DELETE NON USED LINES
