Algemeen
Algemene kenmerken |
|
---|---|
Naam soort(en)groep |
Brilduiker - Bucephala clangula |
Regio |
Nederland |
Watersysteem |
Beken en meren, moeras, plassen, rivieren, zee |
Natuurparameter |
vogels |
HR nr |
A005 |
Factsheet opgemaakt door |
K.E. van de Wolfshaar |
|
Foto: www.vogelwachtuden.nl |
Habitat beschrijving
Algemeen voorkomen
De brilduiker is een zeldzame broedvogel in Nederland en kan vooral in de winter in ons land gezien worden. Het zijn prachtige vogels; de mannetjes hebben een donkergroene kop met een witte vlek tussen oog en snavel. De vrouwtjes hebben een bruine kop, zonder zo'n karakteristieke 'bril'. 'Punthoofdeend' zou dan ook een betere naam zijn, omdat beide geslachten een punthoofd hebben#1.
De Brilduiker is een duikeend die leeft van schelpdieren en kleine kreeftachtigen in en op de waterbodem. Buiten broedtijd trekt de Brilduiker vaak naar zout water. De Brilduiker is een vrij talrijk voorkomende wintergast in Nederland (oktober-april). Bij vorst vertrekt hij vaak naar de Waddenzee en het Deltagebied#2.
Voedselhabitat en strategie
In tegenstelling tot de Fuut, is de brilduiker een tastjager. De geschiktheid van een bepaald gebied als foerageerhabitat wordt dus niet beïnvloed door de helderheid van het water#2.
In het Veerse Meer arriveren de brilduikers in november en ze vertrekken weer infebruaru. Ze komen gelijkmatig verdeeld voor over het hele Veerse Meer, maar voornamelijk in de ondiepe delen (<1 meter diep). De mannetjes foerageren ook in de diepere delen#1.
De Brilduiker heeft de voorkeur om te foerageren in gebieden met een waterdiepte van 1 tot 5 meter. Ze foerageren niet in de ondiepe (<50 cm) gebiedenvan het Veerse Meer #1.
De Brilduiker is een macro-zobenthoseter die leeft van schelpdieren en kleine kreeftachtigen (garnalen, vlokreeften) maar ook wormen, vis en insecten larven. Brilduikers foerageren overdag, waaraan ze dan ongeveer 70% van hun tijd besteden. Ze slikken hun prooi meestal onder water in. In het model voor het Veerse Meer is de geschiktheid van schelpdieren bepaald door de hoogste beschikbaarheid van de strandgaper, kokkel en brakwaterkokkel te gebruiken#1.
Reproductie en migratie
In broedtijd bevindt de brilduiker zich op zoet water bij bosrijke omgeving (broedt in nestkasten en boomholten, vaak in holen van Zwarte Specht) in Scandinavië tot Duitsland#2.
Leeftijd en mortaliteit
Dosis-effect relaties
Zie ook Algemeen - Vis-etende vogels en Algemeen - Broed en rust habitat (Water)vogels voor algemene rekenregels voor vogels. Door Sierdsema 1995 is open water als eerste sleutelfactor en boomholten/nestkasten als tweede sleutelfactor geformuleerd#4.
zoutgehalte (gCl/L) |
HSI |
---|---|
0 |
1 |
0.3 |
1 |
1.0 |
0 |
Referentie: #3
Algemeen Nest- en Voedselhabitat
Nesthabitat
Voedselhabitat
Onzekerheid en validatie
Deze rekenregels zijn niet gevalideerd.
Toepassingsgebied
Meren, plassen en rivieren. De rekenregels voor Doorzicht, Waterdiepte en Voedselbeschikbaarheid zijn opgesteld voor het Veerse Meer #5.
Voorbeeld project
Niet aanwezig
Referenties
1 http://www.soortenbank.nl/
2 http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/
3 Duel, H. en Specken, B.. Habitatmodel Fuut: een model voor het bepalen van de kwaliteit van water- en moerasgebieden als broedhabitat voor de Fuut (Podiceps cristatus). TNO-BSA Werkdocument P 94-029. 1994
4 Sierdsema, H.Broedvogels en beheer. Staatsbosbeheer.SOVON.1995
5 Wijsman, J.|Onderzoek naar de toekomstige waterkwaliteit en ecologie van het Veerse Meer. Studie naar het effect van het doorlaatmiddel en aanvullende maatregelen. Deel 2: Opzet en verificatie van de Habitat Evaluatie Procedure. WL|Delft Hydraulics. november 2002
#6Aarts, H.P.A., Van der Lee, G., Van der Molen, D.T. Toepassing MORRES op het Volkerakmeer: Effecten van onzekerheden in de invoergegevens op de habitatgeschiktheid van de Baars, Waterral, Fuut, Otter, Woelmuis en Slobeend. Werkdocument 2001.136X. september 2001